De tien hoofdkenmerken van kwaadaardige groei zijn:

1. Zelfvoorziening in groeisignalen.
Groei vindt normaal gesproken plaats als reactie op signalen uit de omgeving. Kwaadaardige groei heeft zulke signalen niet nodig omdat het zichzelf een groeisignaal kan geven, en heeft in veel gevallen zelfs geen signaal nodig. Het sein staat chronisch op groei, ook als de omgeving daar niet helemaal niet van gediend is.

2. Ongevoeligheid voor anti-groeisignalen.
Kwaadaardige groei kan negatieve groeisignalen uit de omgeving negeren. In de normale groeicyclus zijn er verschillende controlepunten waarop ongewenste groei kan worden afgebroken. Bijvoorbeeld omdat bepaalde informatie ontbreekt of vanwege een foutief ontwerp. Kwaadaardige groei omzeilt deze systemen.

3. Geblokkeerde zelfverwijdering
Wanneer een normale cel merkt dat hij niet goed functioneert en niet kan worden gerepareerd heft hij zichzelf op. Soms is de cel zich niet bewust van zijn falen en zijn er signalen uit de omgeving nodig waarna alsnog opheffing volgt. Kwaadaardige cellen doen geen van beide en blijven zich vermeningvuldigen.

4. Onsterfelijkheid
De meeste normale cellen kunnen zich tussen de 40 en 60 keer delen. Daarna stopt de deling. Daarmee wordt voorkomen dat de accumulatie van kopieerfouten in het DNA ertoe leidt dat een cel ziek wordt. Kwaadaardige groei corrumpeert dit telmechanisme zodat het zich eeuwig kan blijven vermenigvuldigen waardoor het aantal fouten en daarmee de chaos toeneemt.

5. Stimuleren van toevoerwegen
Het vijfde kenmerk verplaatst de aandacht naar de omgeving rondom de groei. Kwaadaardige groei is gulzig. Om te kunnen blijven groeien zijn veel meer grondstoffen en energie nodig. Om daarin te voorzien te voorzien verleidt de kwaadaardige cel toevoersroutes om hun koers richting de kwaadaardige groei te verleggen.

6. Invasiviteit en uitzaaiing
Er is nog een manier waarop kwaadaardige groei zichzelf in stand houd en dat is door het koloniseren van nieuwe territoria die kunnen voorzien in de enorme behoefte aan grondstoffen. Gezonde cellen koloniseren niet en oefenen hun functie lokaal uit.

7. Deregulering van de energievoorziening
Kwaadaardige groei voorziet op een hybride manier in zijn energiebehoefte. Een manier die sneller energie vrij maakt, maar ook veel inefficienter omgaat met grondstoffen en veel vervuilender is. Een deel van het ‘afval’ wordt gerecycled en als grondstof gebruikt om verder te kunnen groeien.

8. Vermijding van het immuunsysteem
Het is vaak niet makkelijk voor het immuunsysteem om kwaadaardige cellen te herkennen en te verwijderen. Het zijn immers gemuteerde lichaamseigen cellen en ze lijken dus veel op normale cellen. Kwaadaardige groei is ook erg behendig in het om de tuin leiden van het immuunsysteem. Soms worden ze zelfs gecorrumpeerd en gerecruteerd en helpen ze groei te bevorderen.

9. Instabiliteit van DNA en mutatie
De eerste acht kenmerken zijn capaciteiten die kwaadaardige groei mogelijk maken. De volgende twee kenmerken zijn de eigenschappen die tot de vorming van deze capaciteiten leiden. Kenmerk negen is dat in het DNA van kwaadaardige groei de systemen die de informatie beschermen tegen corruptie of schade zijn weggevallen of niet goed functioneren. Het gevolg is dat deze informatie kan veranderen. Daarbij ontstaan soms eigenschappen die tot kwaadaardige groei leiden.

10. Ontsteking
De tweede factor die kwaadaardige groei mogelijk maakt is ontsteking. Normaal gesproken is ontsteking onderdeel van een immuunrespons op beschadigd weefsel, zoals bijvoorbeeld in een wond. Als reactie op de ontsteking reizen cellen naar de bron, beginnen te delen en nieuwe toevoerkanalen te maken zodat grondstoffen en energie de schade kunnen herstellen. In het geval van kwaadaardige groei is er echter vaak helemaal geen werkelijke schade. De ontsteking wordt chronisch in stad gehouden om in de behoefte aan grondstoffen en energie te voldoen. Men spreekt ook wel van een open wond die nooit heelt. En dat terwijl er geen wond is.
