
Wat de Voorjaarsnota 2025 betekent voor je vermogen
Grote klappen blijven uit in de Voorjaarsnota 2025, maar onder de oppervlakte verandert er wel degelijk iets. Bepaalde fiscale voordelen worden subtiel aangepast. En dat raakt vermogens – bij het opbouwen, plannen én overdragen.
In het kort
De Voorjaarsnota 2025 bevat geen grote verrassingen, maar wél duidelijke verschuivingen in fiscale voordelen. Die raken je vermogen bij opbouwen, plannen én overdragen. Let wel op: door de val van het kabinet is veel onzeker. Op Prinsjesdag wordt duidelijk welke plannen definitief doorgaan.
Dit zijn de belangrijkste punten uit de Voorjaarsnota:
Wat is de invloed van de val van het kabinet?
De Voorjaarsnota 2025 is gepresenteerd onder het inmiddels gevallen kabinet-Schoof. Dat betekent niet dat de plannen van tafel zijn. Wél dat het nog onzeker is welke voorstellen doorgaan. Op Prinsjesdag horen we hier meer over.
Tot die tijd geldt: de plannen in deze Voorjaarsnota geven een duidelijke richting, maar kunnen nog worden aangepast – of zelfs vervallen.
Invloed op je vermogensopbouw
Ondernemers die hun vermogen investeren krijgen te maken met subtiele, maar structurele wijzigingen in de belastingregels. Vier ontwikkelingen springen eruit:
Je betaalt sneller méér belasting
De belastingtarieven blijven zoals het nu lijkt gelijk, maar doordat de schijven en heffingskortingen niet volledig worden aangepast aan de inflatie, ga je relatief méér belasting betalen over hetzelfde inkomen. Dit raakt vooral ondernemers die hun winst via de inkomstenbelasting aangeven. De grens waarop het aantrekkelijk wordt om naar een bv-structuur over te stappen, kan daardoor verschuiven. Een belastingadviseur kan je helpen om te bepalen wanneer de overstap naar een bv fiscaal gunstiger is.
De meewerkaftrek verdwijnt
Werk je samen met je partner in je bedrijf? Dan maak je misschien gebruik van de meewerkaftrek: een belastingvoordeel voor ondernemers met een meewerkende partner zónder arbeidscontract. Die regeling wordt vanaf 2027 eerst beperkt en verdwijnt helemaal in 2030. Een alternatief is je partner formeel in dienst nemen. Dat heeft voordelen (zoals pensioenopbouw), maar brengt ook verplichtingen mee.
Ook de stakingsaftrek verdwijnt
Als je bijvoorbeeld door verkoop stopt met je eigen bedrijf vindt er belastingheffing plaats over de stille reserves. En over de eventuele goodwill – de waarde van je onderneming die niet direct op de balans staat zoals je klantenbestand, reputatie of merkimago. Een deel van deze ‘stakingswinst’ is vrijgesteld van belastingheffing. Dit is de stakingsaftrek (€ 3.630 per ondernemer in 2025). Deze aftrek wordt met 75% afgebouwd per 2027 en verdwijnt in 2030. Hoewel het niet om grote bedragen gaat, is het toch goed om hier rekening mee te houden als je overweegt om te stoppen met je bedrijf in de komende jaren.
Goed nieuws voor start-ups en scale-ups
Voor ondernemers van innovatieve bedrijven die medewerkers met aandelenopties willen belonen, is er goed nieuws. Werknemers in start-ups en scale-ups hoeven straks minder belasting te betalen over het belastbare voordeel: maar 65% van het bedrag telt mee als inkomen. Zo wordt het makkelijker om talent te binden. De reden voor deze aanpassing: het vestigingsklimaat in Nederland aantrekkelijk houden.
Invloed op je vermogensplanning
De Voorjaarsnota grijpt ook in op vermogensplanning. Vooral ondernemers met beleggingen, een tweede woning en met een man-vrouwfirma gaan dit voelen.
Box 3-rendement en tegenbewijsregeling
In 2026 betaal je in box 3 belasting over een verondersteld rendement, oftwel het forfaitair rendement. Dir wordt 7,78% voor beleggingen en vastgoed. Dat percentage is zo hoog, omdat het kabinet ook het eigen gebruik van bijvoorbeeld een tweede woning meetelt als rendement.
Heb je bijvoorbeeld een vermogen van € 500.000 in box 3, volledig belegd of in vastgoed? Dan kan de belastingdruk fors oplopen – zeker omdat ook het heffingsvrije vermogen in 2026 wordt verlaagd.
Maar, goed nieuws: je mag straks aantonen wat je écht hebt verdiend. Dankzij een uitspraak van de Hoge Raad uit 2024 geldt namelijk dat de belastingheffing mag worden gebaseerd op je werkelijke rendement. Dat is het bedrag dat je hebt ontvangen aan rente, huur of koerswinst, minus de rente over schulden in box 3.
Is dat bedrag lager dan het forfaitair berekende inkomen? Dan betaal je belasting over het lagere, werkelijke inkomen. Deze mogelijkheid is opgenomen in de nieuwe Wet tegenbewijsregeling box 3 , die inmiddels door de Tweede Kamer is aangenomen.
Man-vrouwfirma met bv-structuur onder de loep
In de Voorjaarsnota kondigt het kabinet aan dat het een specifieke structuur gaat onderzoeken. Het gaat om directeur-grootaandeelhouders met een eigen bv die als ondernemer mede-eigenaar zijn in een vof of maatschap. Via deze opzet wordt een deel van de winst toegerekend aan de bv. Die betaalt daarover eerst voor een lager tarief vennootschapsbelasting. Daarna wordt het resultaat, als het wordt uitgekeerd, belast in box 2 – in plaats van gehele heffing in box 1 als winst.
Deze constructie kan belastingvoordeel opleveren, maar volgens het kabinet wringt dit met de bedoeling van de wet. Er is nog geen wetswijziging aangekondigd, maar het signaal is duidelijk. Maak je gebruik van deze opzet? Laat dan toetsen of die nog houdbaar is op langere termijn.
Invloed op je vermogensoverdracht
Bij het overdragen van vermogen binnen de familie krijg je te maken met erf- of schenkbelasting. Ook daarin doet de Voorjaarsnota een voorzet, die impact kan hebben op hoe je vermogen binnen de familie overdraagt.
Aandacht voor slimme constructie rond overlijden
De Voorjaarsnota noemt een veelgebruikte route in de estate planning nu als ‘belastingconstructie’. Het gaat om situaties waarin partners vlak voor overlijden de verdeling aanpassen van hun gemeenschap van goederen of verrekenbeding – een afspraak in de huwelijkse voorwaarden over hoe vermogens bij overlijden worden verrekend.
In plaats van de gebruikelijke verdeling 50/50 binnen een algehele gemeenschap van goederen of finaal verrekenbeding, wordt dan gekozen voor een andere verhouding – bijvoorbeeld 10/90. Zo komt het grootste deel van het gezamenlijke vermogen bij de langstlevende partner terecht – en hoeft er minder erfbelasting te worden betaald.
De Belastingdienst ziet deze constructie als het uithollen van de heffingsgrondslag – het bedrag waarover belasting wordt geheven. Om dit tegen te gaan is er een wetsvoorstel in consultatie gebracht. Het idee is dat wie kort voor overlijden een gemeenschap met een scheve verdeling creëert, of dat via een verrekenbeding regelt, belasting moet betalen over het verschil.
Afspraken die al vóór 18 april 2025 – datum van bekendmaking van de Voorjaarsnota – zijn gemaakt, blijven in principe geldig. Dat geldt ook als iemand overlijdt vóór 1 januari 2026.
Meer weten?
Bekijk onze uitgebreide video over de Voorjaarsnota voor verdere duiding.
Behoefte aan meer inzicht in je vermogensopbouw, -planning of -overdracht?
Maak een afspraak voor een vermogensplan met een van onze Private Bankers.