
Wijzigingen in Belastingplan 2026 zijn goed nieuws voor beleggers
Het Belastingplan 2026 is op 16 december definitief aangenomen. Opvallend is dat enkele ingrijpende voorstellen door de Tweede Kamer zijn geschrapt of uitgesteld. Wat is er precies besloten en wat betekent dit voor jou?
Aangekondigde verzwaringen in box 3 van tafel
Op Prinsjesdag presenteerde het demissionaire kabinet voor 2026 twee stevige maatregelen voor vermogen in box 3. Het heffingsvrije vermogen zou dalen en het forfaitaire rendement op onder meer beleggingen en vastgoed zou fors stijgen naar 7,78%. Deze plannen gaan toch niet door, want de Tweede Kamer wil de belastingdruk niet zo sterk verhogen.
In plaats daarvan stijgt het heffingsvrije vermogen door indexatie juist naar € 59.357 per persoon. En het forfaitaire rendement komt uit op 6% in 2026. Dit pakt goed uit voor beleggers en vastgoedbezitters met een relatief hoog rendement. Met de beslissing over het forfaitaire rendement wil de overheid ook de verkoopgolf in de huurmarkt afremmen. De verhuur van woningen kan hierdoor namelijk rendabeler blijven.
Rekening elders: versnelde afbouw Wet Hillen
Het schrappen van de box-3-verzwaring levert wel een begrotingsgat op. De overheid compenseert dit door een snellere afbouw van de aftrek voor woningen met een (bijna) afgeloste hypotheek (Wet Hillen).
Uitstel verzwaring lucratief belang
De geplande verzwaring van de belasting op lucratieve belangen is uitgesteld naar 2028. Het gaat hierbij om beloningsconstructies voor ondernemers of managers. De overheid wil deze inkomsten zwaarder belasten via een multiplier, een verhogende factor. Wie door de geplande verzwaring geraakt wordt, heeft nu dus twee jaar extra tijd om te verkennen of een alternatieve constructie voordeliger uitpakt. Denk aan een andere mix van salaris, dividend of aandelenbeloning.
Aangepaste aftrek via EIA en MIA
De investeringsaftrek via de EIA en MIA mag de fiscale winst van een bedrijf vanaf 2026 niet langer negatief maken. De Energie-investeringsaftrek en Milieu-investeringsaftrek zijn bedoeld om duurzame investeringen te stimuleren. Tot nu toe konden ondernemers hiermee op papier een fiscaal verlies creëren dat ze over meerdere jaren konden verrekenen. Die mogelijkheid verdwijnt. De aftrek kan de winst nu maximaal tot nul verlagen. Hierdoor wordt de timing van duurzame investeringen belangrijker.
Een grillig beeld
Voor 2026 blijven grote fiscale schokken dus uit. Tegelijk zorgen de koerswijzigingen voor een beweeglijk speelveld en onvoorspelbaar overheidsbeleid. Dit maakt het lastiger om financieel ver vooruit te plannen. Het wachten is nu op een definitief besluit over de Wet werkelijk rendement box 3 vanaf 2028. Dit staat komend voorjaar op de politieke agenda.


