Dealerbedrijven in de tang
Het wisselende overheidsbeleid, dalende omzetten en marges maken dat dealerbedrijven vandaag de dag een zware tijd doormaken. De marges op de verkoop van nieuwe auto’s zijn namelijk gering en op de verkoop van nieuwe (private) leaseauto’s zijn marges zowaar nog lager.
Daarnaast zijn dealerbedrijven steeds meer afhankelijk van producten en importeurs. Auto’s worden aan de dealers geleverd onder een zogenaamd verlengd eigendomsvoorbehoud. Dit geeft de producent of importeur recht om alle geleverde goederen op te eisen zolang de schulden nog niet volledig zijn voldaan. Direct gevolg daarvan is dat het onmogelijk is om de voorraad nieuwe auto’s te gebruiken als onderpand bij een (bank)lening. Hierdoor zijn dealers vaak genoodzaakt hun financiering deels via de producent of importeur te laten lopen. Maar wat als deze besluit de rente te verhogen? Deze financiële machtssituatie en de lagere marges geven de importeurs en producenten de mogelijkheid om het dealernetwerk te sturen en te saneren. De komende jaren zullen zij deze macht steeds meer gebruiken.
Een direct gevolg van de lage marges is dat de dealermarkt al vergaand is geconsolideerd. Een ontwikkeling die zich de komende jaren blijft doorzetten. Dit maakt dat dealers ook een sterke positie innemen tegenover de importeurs en producenten. De vraag is alleen, voor hoelang?
Is er nog toekomst voor dealerbedrijven?
Elektrische auto’s hebben aanzienlijk minder onderhoud nodig dan de huidige auto’s met verbrandingsmotoren. Daarbij neemt niet alleen het aantal uren dat een auto voor onderhoud in de garage doorbrengt af, ook het onderhoud zelf is anders. De brug wordt vervangen door de computer, de steeksleutel door slimme software. In de garage van de toekomst wordt niet meer gesleuteld aan auto’s, de computer stelt een diagnose en geeft opdracht bepaalde modules te vervangen. Naast dat er verminderd onderhoud zal plaatsvinden en dus minder garages nodig zijn, zal het werk ook fundamenteel veranderen en ander personeel vergen.
Van bricks naar clicks
De tweede fundamentele verandering zal de rechtstreekse verkoop van auto’s via internet zijn. Waarom zouden autoproducenten nog met dealers werken als ze zelf toegang tot de consument hebben? In lijn met de retailtrends, koopt men steeds vaker hun auto online.
Al mondjesmaat wordt gebruikgemaakt van online verkoop van auto’s, waarbij Tesla het grote voorbeeld is. Ook andere producenten gebruiken het online kanaal al, of hebben vergaande plannen. En als de verkoop dan toch via internet gaat, is de keuze snel gemaakt om ook met enkele “experience centra” te werken. Dé plek om modellen te bekijken en een proefrit te maken. Overtuigd? De bestelling wordt vervolgens direct online geplaatst.
De soep wordt niet zo heet gegeten…
Als er minder garages nodig zijn voor onderhoud en verkoop van auto’s, wat is het nut dan nog? Een terecht punt, maar de belangrijkste vraag is hoelang het duurt voordat de markt dit punt bereikt.
Het zal naar verwachting nog 10 tot 15 jaar duren voordat het merendeel van de auto’s niet meer wordt aangedreven door een verbrandingsmotor. Tot die tijd zal het aantal dealers en universele autobedrijven gestaag afnemen en blijft de markt consolideren. Er blijft voorlopig dus zeker nog plaats voor een autobedrijf, al zullen veel bedrijven de komende 10 jaar niet overleven.
Nieuwe businessmodellen, inhuur van gespecialiseerde technici en goed ondernemerschap kunnen de levensduur van een autobedrijf aanzienlijk verlengen. Dit neemt niet weg dat de positie van de autobedrijven in het algemeen en dealerbedrijven in het bijzonder op de lange termijn (15 jaar en langer) erg onzeker is.