Stokman Koudum, melkveehouderij bedrijf, omvang ca 300 koeien

Hoe werkt de verkoop van groen gas?

Als startende groen gasproducent komt er veel op je af. Aan wie verkoop jij je gas? Ga je op de gesubsidieerde of ongesubsidieerde markt verkopen? En hoe zorg je dat je flexibel blijft? Op deze pagina leggen we je uit hoe de handel van groen gas in elkaar steekt en geven we je handvatten om de beste prijs te krijgen.

Geld verdienen met groen gas

Het groen gas dat je produceert met mono-mestvergisting kan op drie manieren geld opleveren: je verkoopt het gas, je verkoopt jouw Garanties van Oorsprong (GVO’s, een certificaat) en je ontvangt geld via de SDE-subsidie. Wanneer je SDE-subsidie ontvangt, krijg je een gesubsidieerd GvO. Ongesubsidieerde GvO’s leveren meer op, maar de totale optelsom bepaalt wat voor jouw project de beste markt is: gesubsidieerd of ongesubsidieerd. De verkoop van gas en GvO’s vindt plaats op (groen) gasmarkt. Er zijn vier hoofdrolspelers op de markt (zie figuur 1): de verkopende partij (dat ben jij als groen gasproducent), de afnemer van het groene gas, RVO voor uitkering van subsidie en eventueel een tussenpartij, zoals een broker/ trader of een energiepartij.

Illustratie
Figuur 1: Spelers op de groen gasmarkt
Rabobank

Wat zijn Garanties van Oorsprong (GvO’s)?

Een Garantie van Oorsprong (GvO) is een digitaal certificaat dat bewijst dat jouw geproduceerde groen gas een hernieuwbare herkomst heeft. In een GvO wordt onder andere het volume van het geproduceerde gas en de CO2-reductie vastgelegd. Zo’n certificaat heb je nodig om een SDE-subsidie te krijgen of een CO2-reductie te verkopen aan een externe afnemer. Die kan hiermee zijn reductie van broeikasgas invullen. In Nederland kunnen producenten hun groen gasinstallatie registreren bij VertiCer. Een netbeheerder of meetbedrijf geeft vervolgens de benodigde productiegegevens aan deze instantie door. Als aan alle voorwardean is voldaan, geeft VertiCer per geproduceerde MWh energie één GvO uit voor de gesubsidieerde markt. De ongesubsidieerde GvO’s lopen via de Nederlandse Emissie Autoriteit (NEA).

Hoe verkoop je groen gas en GvO’s?

Groen gas en GvO’s verkopen kan op verschillende markten. Voor welke manier je kiest, hangt af van de marktprijsontwikkelingen en voorwaarden van deze markten: verkoop je aan de gesubsidieerde, ongesubsidieerde of internationale markt? De prijzen van gas en GvO’s zijn beweeglijk. Daarom kan het slim zijn om af en toe te wisselen tussen markten. Of dat ook mag, hangt af van het contract dat je hebt afgesloten. Een adviseur kan je helpen de juiste beslissingen te maken. We lichten de gesubsidieerde en ongesubsidieerde markten toe (zie figuur 2 voor een overzicht).

Afzetmarkt groen gas certificaten
Figuur 2: Afzetmarkt groen gas

Gesubsidieerde markt

Op de gesubsidieerde markt produceer je groen gas waarvoor je een SDE-subsidie krijgt. Je ontvangt geld voor het groene gas, de SDE-subsidie en de verkoop van je GvO’s.

Inkomsten voor het gas inclusief SDE-subsidie

Per kubieke meter groen gas heb je recht op een SDE-subsidie tot een maximumbedrag. Dat bedrag is vastgelegd in de SDE-beschikking van je biogasproject. Is de gasprijs lager dan het subsidiebasisbedrag in de SDE-beschikking, dan vult de overheid dit aan met subsidie.

Wanneer je gas en certificaten verkoopt die onder de SDE-subsidie vallen, dan is het belangrijk dat je het gas volgens de SDE-systematiek verkoopt. De SDE-subsidie wordt bepaald op basis van de gemiddelde termijnmarktprijs over het jaar waarin je verkoopt (TTF year ahead). Verkoop je bijvoorbeeld op basis van dagmarktprijzen, dan loop je marktprijsrisico. Dat betekent dat als de gasprijs daalt, de gasprijs lager kan liggen dan de correctieprijs van de overheid.

Inkomsten uit GvO’s

Groen gascertificaten brengen ook geld op. Hoeveel dat is, hangt af van de prijs die je afspreekt met de koper. Er is geen openbare notering waar je de prijsontwikkeling kunt volgen. De producent van groen gas (en dus de eigenaar van de GvO) en de koper bepalen hoeveel het certificaat waard is. Een broker/trader kan hiertussen bemiddelen. Je kunt GvO-certificaten aan Nederlandse afnemers verkopen, maar ook aan afnemers buiten Nederland.

Let op:

    Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) mag naast het correctiebedrag voor de termijnmarktprijs voor het gas ook een correctiebedrag voor GvO-opbrengsten toevoegen. Tot nu toe is dat nog niet gebeurd, maar dat is geen garantie voor de toekomst. De Nederlandse overheid moet namelijk aan het Europees Parlement in Brussel kunnen verantwoorden dat ze niet te veel subsidie uitkeren. Dat kan een probleem zijn: de afgelopen jaren was de waarde van GvO’s namelijk hoog. Hoe hoog je GvO-opbrengsten inclusief het correctiebedrag zijn, kan dus wisselen. In Figuur 2 & 3 zie je wat deze correctie voor een grote invloed kan hebben op je opbrengsten. Als groen gasproducent kun je de SDE-subsidie tijdelijk stopzetten. Bijvoorbeeld wanneer de ongesubsidieerde markt voor GvO’s (tijdelijk) meer opbrengt dan de SDE en gesubsidieerde GvO-opbrengsten. Deze situatie zal vooral van toepassing zijn voor groen gasprojecten met een lage SDE-subsidie en hoge Carbon Intensity-score (CI-score, een maatstaf voor hoe duurzaam je gas is).
Opbrengsten zonder correctie GvO's
Figuur 3: Opbrengsten zonder correctie GvO's
Opbrengsten met correctie GvO's
Figuur 4: Opbrengsten met correctie GvO's

Ongesubsidieerde GvO’s

Naast subsidies zoals de SDE zijn er ook internationaal afspraken gemaakt om de CO2-uitstoot te verminderen. De prijsvorming van de GvO’s is daarom steeds meer gebaseerd op hoeveel CO2 je echt reduceert en wat de Carbon Intensity-score (CI-score) van je groene gas is; voor een GvO met een hoge CI-score, betaalt de markt meer. Afhankelijk van de gasprijs en de hoogte van de ongesubsidieerde GvO’s kan de ongesubsidieerde markt daarom interessant zijn. Er zijn drie ongesubsidieerde markten waaraan je het gas en de certificaten aan kan verkopen.

  1. De Hernieuwbare Brandstof Eenhedenmarkt (HBE)
    De bijmengverplichting voor de transportsector, waarbij brandstoffenleveranciers aan de transportsector jaarlijks een bepaald percentage duurzame brandstoffen moeten leveren aan hun klanten, is waarschijnlijk de bekendste afspraak. Dit kunnen zij met o.a. invullen met groen gas. In Nederland registreert de NEA (Nederlandse Emissieautoriteit) de bijmengverplichting. Dat heet de Hernieuwbare Brandstof Eenhedenmarkt (HBE). Afhankelijk van de gasprijs en de hoogte van de ongesubsidieerde GvO’s kan dit een interessante markt zijn.

  2. De Groen Gas Eenhedenmarkt (GGE)
    De Nederlandse overheid werkt aan het wetsvoorstel voor een bijmengverplichting voor gasbedrijven die gas verkopen aan consumenten en bedrijven die onder de ETS2 (Europees systeem voor emissiehandel) gaan vallen. Deze gasbedrijven krijgen een jaarlijks oplopende verplichting om ongesubsidieerde GvO’s van groen gas op te kopen; elk jaar stijgt het percentage van het gasaanbod dat afkomstig moet zijn uit hernieuwbare bronnen. Hoeveel ongesubsidieerde GvO’s gasbedrijven moeten kopen, hangt af van de CI-score van het groene gas. Wanneer energiebedrijven niet genoeg groengaseenheden (GGE’s) uit de markt halen, moeten ze een soort boete betalen voor iedere GGE die ze tekortkomen.

    De bijmengverplichting in Nederland gaat waarschijnlijk vanaf 1 januari 2026 in en geldt voorlopig tot en met 2030. De verplichting wordt zo goed als zeker verlengd, maar het is nog niet duidelijk onder welke condities en voorwaarden. Door de bijmengverplichting is de verwachting dat de vraag naar groen gas zal toenemen en de prijs die energieleveranciers betalen stijgt.

  3. De vrijwillige CO2 markt (ETS)
    Tot slot zijn er ook nog bedrijven met een hoog energieverbruik die onder de ETS1 vallen; zoals grote industriële bedrijven. Zij kunnen hun CO2-uitstoot compenseren met de opkoop van CO2-rechten. Naar verwachting zijn de CO2-rechten gerelateerd aan groen gasproductie voor hen relatief duur, omdat zij ook met CO2-rechten uit andere energiebronnen kunnen compenseren die vaak goedkoper zijn. Maar we zien ook dat verschillende partijen hun aardgasverbruik daadwerkelijk willen vergroenen met groen gas GvO’s, zodat ETS1-bedrijven ook actief zullen blijven bij aankoop van groen gas GvO’s.

Complexere certificering

Wanneer er ongesubsidieerde GvO’s worden verkocht, moeten deze ook gecertificeerd zijn. Bijvoorbeeld met ISCC, NTA 8080 of Better Biomass. De administratieve handelingen zijn moeilijker dan bij gesubsidieerde GvO’s. Voor het certificeren en adviseren zijn gespecialiseerde bedrijven en adviseurs in de markt, zoals Route to market, Agriportance, Normec QS en Dekra.

Waarom zou je wisselen tussen de gesubsidieerde en ongesubsidieerde markt?

Bij verkoop aan de ongesubsidieerde markt gebeurt het vaak dat de verkoopcontracten van het gas niet volgens de SDE-systematiek worden afgesloten. Dat betekent dat de gemiddelde markttermijnprijs niet wordt aangehouden, maar op basis van de dagmarkt het gas wordt verhandeld. Is de dagprijs hoog, dan kan het verleidelijk zijn om voor winstoptimalisatie met die dagprijs te werken. Maar wanneer de gasprijzen en ongesubsidieerde GvO’s sterk dalen, dan loop je als verkoper van groen gas de kans dat je inkomsten flink dalen – misschien zelfs lager dan de SDE-subsidie. Wisselen naar de gesubsidieerde markt is dan aantrekkelijk, maar zal vaak alleen interessant zijn wanneer je het gas conform SDE systematiek hebt verkocht. Let daarom goed op de voorwaardes over het wisselen tussen markten bij het afsluiten van contracten.

Illustratie toekomstbeeld

Mono-mestvergisting scan

Een mono-mestvergister is een grote investering: een vergister voor 15.000 ton mest per jaar kost tussen de € 1,5 en 2 miljoen (inclusief de nodige aanpassingen in infrastructuur, aanpassingen van de een nieuwe stalvloer en mestopslag). De exacte kosten hangen af van de situatie van je bedrijf. De Mono-mestvergisting scan helpt je het financiële plaatje te schetsen.

Tips voor een goede gasprijs

Als groen gasproducent wil je uiteindelijk de beste prijs voor je gas en certificaten krijgen. Met deze tips vergroot je je kansen.

  1. Leer marktontwikkelingen begrijpen en houd ze in de gaten. Afhankelijk van marktprijzen kan het op een gegeven moment interessant zijn om te wisselen tussen de gesubsidieerde en ongesubsidieerde markt.
  2. Zorg dat je een flexibel contract afsluit. Zo kun je elk moment wisselen tussen beide markten. Let ook op dat je geen vaste hoeveelheden afspreekt, maar ‘as produced’ verkoopt. Dat betekent dat het afgesproken volume geen vast getal is, maar de daadwerkelijke productie. Zo voorkom je dat wanneer je bijvoorbeeld minder gas produceert dan eerder gedacht, bijvoorbeeld door een grote technische storing, je geen compensatie verplicht bent aan de kopende partij die een hogere productie verwachtte.
  3. Houd een goede administratie bij. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.
Illustratie

Wie kan je helpen?

De juiste afzetmarkt kiezen, onderhandelen over prijzen en een contract opstellen met duidelijke voorwaardes; als groen gasproducent heb je een hoop kennis nodig. Een adviseur kan je helpen alles op een rij te zetten. Betrek bijvoorbeeld in een vroeg stadium een partij als Route to Market of Agriportance.

Ook kan het helpen om in gesprek te gaan met collega’s die al langer in het vak zitten. Zij kunnen ervaringen met je delen. Daarnaast zijn er ook studiegroepen en kennisbijeenkomsten waar jij je bij aan kunt sluiten. Zo heeft Platform Groen gas een nieuwsbrief waarin updates en kennis wordt gedeeld.

Meer weten over de groen gasmarkt?

Neem dan contact op met je accountmanager of plan een afspraak in met een van de mono-mestvergistingsexperts van Rabobank.