Onderzoek
Geopolitieke kansen en bedreigingen voor Nederland
De toenemende rol van geopolitiek in de economie brengt zowel bedreigingen als kansen met zich mee. Nederland heeft een goed uitgangspunt door zijn sterke concurrentiepositie maar ook kwetsbaarheden zoals de afhankelijkheid van bepaalde buitenlandse goederen en diensten.
In het kort
Sterk(er) verbonden met de wereldeconomie
Globalisering heeft de wereld in de afgelopen decennia flink veranderd. Waardeketens zijn stukken langer geworden en tot in de puntjes geoptimaliseerd. Met deze globalisering is handel ook een steeds grotere rol in de Nederlandse economie gaan spelen (figuur 1). Naast onze handel zijn ook bedrijven steeds internationaler gaan opereren waardoor ze ook vaker een niet-Nederlandse eigenaar hebben. Waar in 2008 nog 68 procent (op basis van omzet) van de zeggenschap over bedrijven in Nederland ook in Nederland lag, was dat in 2018 nog maar 61 procent (figuur 2)[1]. Hierdoor is het wel en wee van de Nederlandse economie steeds sterker afhankelijk van wat er zich afspeelt op het internationale toneel.
[1] Wij maken deze vergelijking op basis van omzet: grote bedrijven zijn vaker in buitenlandse handen dan kleine bedrijven. Als we naar het absolute aantal bedrijven kijken, zien we dat bijna alle bedrijven in Nederland in Nederlandse handen zijn.
Geopolitiek en economie sterker verweven
Doordat het bedrijfsleven steeds internationaler opereert, zijn wederzijdse afhankelijkheden met buitenlandse partners groter geworden en is ook de rol van geopolitiek voor de economie steeds meer gegroeid. Tegelijkertijd zien we dat economie belangrijker is geworden voor geopolitiek: in plaats van militaire kracht maken landen steeds vaker gebruik van hun economische kracht. Een belangrijke reden hiervoor is dat het gebruik van militaire kracht steeds minder publiek draagvlak [2] heeft. Zo maakte president Trump veel meer gebruik van economische sancties dan zijn voorganger Obama en gaf hij ook expliciet aan zich verre te willen houden van militair ingrijpen. Sterker nog, hij trok zelfs een flink aantal troepen terug uit Europa. Het vertrek van president Trump uit het Witte Huis zal hoogstwaarschijnlijk niet leiden tot een verandering in deze trend.
Naast economische sancties tegen landen, zoals Iran, en sancties tegen personen, zoals tegen een aantal Russische oligarchen, kan een regering er ook voor kiezen om sancties tegen specifieke bedrijven op te leggen. Een voorbeeld: de Verenigden Staten zijn faliekant tegen de aanleg van de Nord Stream 2 pijpleiding die Russisch gas naar Europa vervoert omdat deze Europa te afhankelijk van Rusland zou maken. Daarom dreigden de Verenigde Staten sancties op te leggen aan Nederlandse bedrijven die meebouwen aan het project, zoals Shell en Boskalis. Het Nederlands-Zwitserse bedrijf Allseas is daarom ook al met het project gestopt. Senator Ted Cruz dreigde in een persoonlijke brief aan de eigenaar zijn bedrijf met sancties te vernietigen. Er wordt nu dus op alle mogelijke manieren gebruik gemaakt van economische drukpunten.
[2] Naast de VS geldt dit ook voor een aantal andere landen binnen de NAVO.
Kansen en bedreigingen voor de Nederlandse economie
Om de (potentiële) invloed van geopolitiek op de Nederlandse economie in kaart te brengen, bekijken we de positieve en negatieve eigenschappen en ontwikkelingen van Nederland zelf, maar ook de ontwikkelingen vanuit de rest van de wereld. In tabel 1 staat een beknopt overzicht van de belangrijkste punten.
Negatieve factoren
We bekijken de kwetsbaarheden van de Nederlandse economie op basis van de economische structuur en vanuit het oogpunt van goederen en diensten. Het verleggen van waardeketens of het veranderen van de economische structuur van een land is niet van vandaag op morgen te doen, maar inzicht in de kwetsbaarheden kan wel nuttig zijn voor het afdekken van risico’s.
De zwakke punten van de Nederlandse economie
Economische structuur
Door de globalisering is de handel voor Nederland alleen maar belangrijker geworden. Ons land heeft kunnen profiteren van de toename in de wereldhandel door een rol te spelen in het faciliteren van deze wereldhandel (denk aan de haven in Rotterdam) en doordat het de potentiële afzetmarkt voor Nederlandse producten heeft vergroot. De keerzijde van de medaille is dat de Nederlandse economie sterk afhankelijk is van de wereldwijde conjunctuur en handel. Mocht het hier dus minder mee gaan, dan heeft dat ook een grotere negatieve impact op de Nederlandse economie.
Producten en diensten
Daarnaast is Nederland door zijn omvang en specialisatie sterk afhankelijk van de import van (intermediaire) goederen en diensten. Het gros van de handel (meer dan 60 procent) drijft Nederland met landen die ook onderdeel zijn van de interne markt van de Europese Unie, waardoor de risico’s hier beperkter zijn. Voor sommige producten en diensten van strategische waarde bestaat deze afhankelijkheid echter nog steeds (we zien wel dat deze afhankelijkheid de laatste jaren minder wordt). Nederland is namelijk maar een klein land dat niet zelfvoorzienend is. Daarnaast zijn sommige industrieën door het optimaliseren van waardeketens uit Nederland en Europa verplaatst naar lagelonenlanden. Zo is de productie van sommige medicijnen en medische artikelen naar China en India verplaatst, iets wat in april 2020 pijnlijk duidelijk werd toen er een tekort aan beschermende medische materialen ontstond. Deze afhankelijkheid bestaat helaas nog steeds.
Bedreigingen voor de Nederlandse economie
Economische structuur
De Verenigden Staten hebben de afgelopen vier jaar, onder leiding van president Trump, internationale instanties zoals de WTO ondermijnd. Handelsconflicten kunnen hierdoor niet meer via een onafhankelijke rechter worden beslecht. Landen moeten deze onderling oplossen. In zulk soort situaties geldt meestal het recht van de sterkste, en het afbrokkelen van multilaterale instituties zoals de WTO is daarom nadelig voor kleinere naties zoals Nederland. Gelukkig heeft de nieuwe Amerikaanse president Biden aangegeven dat hij internationale allianties weer wil herstellen. Ook werkt Nederland op het gebied van internationale handel samen op Europees niveau, waar de Europese Unie als geheel een sterke onderhandelingspositie heeft. Desalniettemin is er bij deals zonder onafhankelijke rechter, zoals de WTO, meer onzekerheid en een grotere kans op escalatie. Bedrijven en ondernemers willen liever geen onnodige risico’s nemen en weten graag waar ze aan toe zijn.
Daarnaast vormt de verdeeldheid binnen Europa ook een mogelijke dreiging voor de Nederlandse economie. Doordat de Europese Unie een samenwerking is van uiteenlopende landen, met bijbehorende verschillende belangen, liggen de prioriteiten zo nu en dan ver uit elkaar. Landen buiten de EU kunnen misbruik maken van deze verdeeldheid om de Europese samenwerking te ondermijnen. De bilaterale deals van China met Italië en Hongarije over investeringen in infrastructuur zijn omstreden binnen de Europese Unie, omdat andere Europese landen bang zijn dat China zijn invloed in deze landen uitbreidt.
Goederen en producten
We gaven eerder al aan dat Nederland voor sommige producten afhankelijk is van de import. Waar de samenwerking binnen de interne markt goed verloopt, kan dat buiten de interne markt anders zijn. Landen kunnen de export van strategische producten ook gebruiken om hun positie aan de onderhandelingstafel te verstevigen. Nederland en de Europese Unie zijn afhankelijk van andere landen op een aantal thema’s. Hieronder lichten we drie belangrijke afhankelijkheden toe.
Ten eerste: clouddiensten. Deze diensten faciliteren het gebruik van big data en artificial intelligence om betere beslissingen te nemen. Op dit gebied zijn de Amerikaanse tech-giganten, zoals Amazon en Microsoft, oppermachtig (figuur 3). De Europese Unie probeert deze afhankelijkheid wel te verkleinen, onder andere door het opzetten van Europese projecten die moeten wedijveren met de giganten uit Silicon Valley. Dit project, genaamd GAIA-X, kan in potentie de zelfredzaamheid van de Europese Unie sterk verbeteren, maar komt vooralsnog niet echt van de grond.
Ten tweede is de Europese Unie (en daardoor Nederland) afhankelijk van andere landen op het gebied van batterijen en de grondstoffen daarvoor (figuur 4). Goede batterijen zijn onmisbaar voor de transitie naar een groene economie. Momenteel produceert China ongeveer 90 procent van de wereldwijde zeldzame aardmetalen en bezit het land ook een aantal mijnen buiten China, zoals in de Democratische Republiek Congo. Mochten de banden met China verslechteren, dan zouden de Chinezen batterijen en grondstoffen wel eens als pressiemiddel kunnen gebruiken om op andere terreinen hun zin door te drijven.
Ten derde zijn Nederland en de Europese Unie op het gebied van energie erg afhankelijk van bijvoorbeeld Rusland en de oliestaten in het Midden-Oosten. De Europese Unie importeert ongeveer 60 procent van de totale hoeveelheid fossiele brandstoffen. Voor Nederland geldt ongeveer hetzelfde percentage, maar dat zou wel eens sterk kunnen stijgen nu de gasbel in Slochteren is gesloten. Mochten buitenlandse mogendheden ervoor kiezen de gaskraan dicht te draaien, dan heeft Europa een flink probleem. In 1973 werd dit al pijnlijk duidelijk toen een aantal olieproducerende landen in het Midden-Oosten de prijzen van olie flink verhoogden als represaille voor de steun van het Westen aan Israël. Tegen het eind van 1974 was de prijs van olie verviervoudigd, waren er grote olietekorten in het Westen en liep de inflatie sterk op. Er zijn ook recentere voorbeelden. Zo heeft Rusland in 2014 druk gezet op Oekraïne door de gaskraan dicht te draaien.
Box 1: Afhankelijkheden op het gebied van landbouw
Het grootste deel van de Nederlandse export van landbouwproducten blijft binnen de Europese interne markt waardoor de geopolitieke risico’s voor deze exporten beperkt zijn. Maar er gaan ook veel producten naar landen die geen onderdeel van de interne markt vormen. Mocht er frictie ontstaan tussen de Europese Unie en het land van bestemming dan zou dit kunnen leiden tot tarifaire en non-tarifaire barrières. Een duidelijk voorbeeld hiervan zijn verse groenten, fruit en sierteelt die naar het Verenigd Koninkrijk worden verscheept. Door de Brexit is het Verenigd Koninkrijk niet langer onderdeel van de interne markt en zijn er non-tarifaire barrières ontstaan door extra grenscontroles en papierwerk. Naast deze producten wordt er bijvoorbeeld ook veel babyvoeding naar China geëxporteerd.
Ook importeert Nederland een flink aantal landbouwproducten. Het risico hier is dat, mocht er frictie ontstaan tussen de Europese Unie en het land van herkomst, de EU kan besluiten importtarieven in te stellen voor deze producten of dat het land van herkomst minder van het product wil exporteren. Nederland importeert bijvoorbeeld een hoop fosfaat- en kaliumkunstmest uit Rusland en Nederlandse tuinders zijn door het dichtdraaien van de Groningse gaskraan in toenemende mate afhankelijk van Russisch gas. Daarnaast komt het gros van de veevoergrondstoffen uit Brazilië en de Verenigde Staten, zoals sojabonen.
Sterke punten
Als de geopolitieke druk oploopt, is het van groot belang dat Nederland bewust is van de kaarten die het in handen heeft. Ons land is qua oppervlak en bewonersaantal een klein land, maar economisch staat het er relatief sterk voor.
Economische structuur
Nederland heeft een sterk uitgangspunt als het neerkomt op concurrentievermogen. In 2019 stond ons land op de vierde plek in de lijst van het World Economic Forum, het hoogste van alle Europese landen. Dit is een resultaat van onder andere goed beleid, sterke instituties en superieure infrastructuur. Nederland scoort dan ook hoog op macro-economische stabiliteit (eerste), infrastructuur (tweede), menselijk kapitaal (vierde) en kwaliteit van de instituties (ook vierde). Deze factoren dragen bij aan het vermogen van Nederlandse bedrijven om adequaat te reageren op een veranderende omgeving.
Nederland heeft ook een aantal regio’s met sterke ecosystemen, zoals Brainport. In deze clusters werken bedrijven samen en is er een hoogopgeleide beroepsbevolking en een hoge kwaliteit van de leefomgeving. Door sterke interactie tussen bedrijven, omgeving en kennisinstellingen onderscheiden deze regio’s zich van andere economieën.
Een ander sterk punt is dat Nederlandse bedrijven dankzij de Europese interne markt vrij kunnen handelen met 500 miljoen potentiële consumenten. Zoals eerder beschreven, bevinden onze belangrijkste handelspartners zich, mede door deze interne markt, dicht bij onze eigen landsgrenzen. Dit betekent dat een groot deel van de Nederlandse handel met betrouwbare handelspartners wordt gedreven.
Ook is de Nederlandse maatschappij relatief sterk gedigitaliseerd en heeft ons land een solide digitale infrastructuur. Hierdoor is Nederland relatief goed voorbereid op nieuwe digitale technologieën zoals artificial intelligence (AI). Deze technologieën zullen in de toekomst steeds belangrijker worden en worden dan ook vaak aangeduid als sleuteltechnologieën. Met de Amsterdam Internet Exchange heeft Nederland een van de grootste hubs voor digitale data-uitwisseling (internet) wereldwijd op het grondgebied staan. Mede door de uitstekende digitale infrastructuur hebben inmiddels vele internationale tech-bedrijven geïnvesteerd in datacenters in Nederland.
Producten en diensten
Gespecialiseerde producten waarin Nederland koploper is, zijn flink in trek. Dit creëert een strategisch voordeel voor Nederland. Zo zijn de VS en China erg afhankelijk van de export van Nederlandse semiconductor-machines die in de Brainport-regio worden gemaakt (figuur 5).
Naast semiconductors staat Nederland er ook relatief goed voor op het gebied van landbouw. Zo is het gespecialiseerd in levende planten en bloementeelt. En waar China het met 0,09 hectare aan landbouwgrond per inwoner moet doen, is dit in de EU meer dan het dubbele en in de VS meer dan het vijfdubbele. En hoewel Nederland slechts weinig landbouwgrond per inwoner telt, is de opbrengst hiervan hoog (tabel 2).
Deze hoge opbrengst van landbouwgrond komt door de unieke kennis die Nederland heeft op het gebied van de landbouw. Wereldwijd loopt ons land hierin voorop. Met een toenemende wereldbevolking in combinatie met de opwarming van de aarde en voedselschaarste kan dit in de toekomst een strategisch voordeel opleveren.
Kansen
Waar uitdagingen zijn, zijn ook kansen. Uit de sterke punten blijkt dat Nederland een concurrerende en kennisintensieve economie heeft. Dit brengt ons land in de positie om ook de huidige uitdagingen het hoofd te bieden en de kansen die zich voordoen te verzilveren. Hieronder schetsen we een aantal uitdagende veranderingen en beschrijven we hoe deze uitdagingen kunnen worden omgezet in kansen.
Economische structuur
Internationaal kijken landen steeds scherper naar hun kwetsbaarheden en afhankelijkheden. Overheden proberen waar mogelijk de afhankelijkheid van anderen te beperken of zich meer te richten op de binnenlandse economie. Zo introduceerde president Trump ‘America first’ en ondanks dat president Biden naar verwachting meer open staat voor internationale samenwerking ligt zijn focus waarschijnlijk op het behouden en creëren van banen in de VS. Tegelijkertijd wil Japan een te grote afhankelijkheid van China voorkomen door bedrijven te stimuleren (een gedeelte van) hun productie naar buiten China te verplaatsen. In het algemeen wordt er dan ook wel gesproken over de China + 1 strategy. China op zijn beurt investeert de laatste tijd in de ontwikkeling van semiconductors, met als doel om de afhankelijkheid op dit terrein van andere partijen te verminderen.
De Europese Unie blijft hierin niet achter en probeert de afhankelijkheid van andere landen actief te verminderen. Voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, gaf al aan dat strategische autonomie een van de grote thema’s van de 21ste eeuw wordt. Concreet betekent dit dat Europa zelfvoorzienend moet worden op een aantal belangrijke thema’s en zelf zijn strategie uitzet. Een voorbeeld hiervan is dat de EU zonder de VS een deal met China heeft gesloten, of het al eerder genoemde GAIA-X project, dat moet concurreren met de clouddiensten van Amazon en Microsoft. Daarnaast is er ook het InvestEU plan van 600 miljard euro, dat zich onder andere richt op het verder ontwikkelen van de (digitale) infrastructuur en het verduurzamen van de energiemix in Europa. Door groot in te zetten op duurzame energie wil de Europese Unie onder andere de afhankelijk van het buitenland op het gebied van energie afbouwen.
Ook denkt de EU na over het ontwikkelen van zogeheten Industry Champions om het hoofd te kunnen bieden aan Amerikaanse en Chinese bedrijven. Zulke bedrijven zouden bijvoorbeeld profijt kunnen hebben van subsidies of gunstige financieringsvoorwaarden. Dit kan betekenen dat Europese bedrijven in bepaalde opzichten een streepje voor krijgen ten opzichte van niet-Europese bedrijven. Dit geldt dan ook voor Nederlandse bedrijven. Daarnaast stelt Nederland subsidies beschikbaar om strategische afhankelijkheden te beperken en een sterke concurrentiepositie te behouden.
Goederen en diensten
De pandemie en de handelsoorlog tussen China en de Verenigde Staten hebben kwetsbaarheden in de huidige waardeketens blootgelegd. Landen willen hierdoor meer grip krijgen op belangrijke waardeketens. China, bijvoorbeeld, wil met behulp van de ontwikkeling van het ‘Belt and Road Initiative’ (BRI) zo onafhankelijk mogelijk opereren. Ook heeft China aangekondigd met hun ‘dual-circulation’-strategie de eigen economische afhankelijkheid van de export af te willen bouwen en meer te gaan leunen op de interne markt voor economische groei en ontwikkeling. De Verenigde Staten proberen op hun beurt ook minder afhankelijk te zijn van China. In een eerdere publicatie over het ontkoppelen van de Amerikaanse en Chinese economie zagen we dat het aandeel Amerikaanse importen vanuit China in 2019 meer dan 17 procent (88 miljard euro) daalde. Dit kwam mede door een relocatie van productie in de computer- en elektronicasector van China naar de VS. De verschuiving van waardeketens wereldwijd biedt voor Nederland een aantal kansen.
Ten eerste is Nederland wereldleider in een aantal strategische sectoren zoals de semiconductor-industrie en op het gebied van zaadveredeling. Mochten landen zelfvoorzienend willen worden in deze sectoren, dan zal de vraag naar Nederlandse kennis en expertise toenemen.
Ten tweede wil Europa zelf ook bepaalde afhankelijkheden afbouwen door productie van strategische producten terug te halen. Nederland kan hiervan profiteren door onder meer zijn hoogopgeleide bevolking en goede concurrentiepositie.
Ten derde zijn Europese kwaliteitseisen leidend voor grote delen van de wereld. Doordat veel bedrijven hun producten naar de EU verschepen en de regels van de EU wat strenger zijn dan gemiddeld, is de EU ook een regelgevende macht. Bedrijven maken immers het liefst maar één versie van een product. Dit betekent dat er invloed kan worden uitgeoefend om normen en waarden rondom bijvoorbeeld duurzaamheid of privacy-aspecten te borgen. Een goed voorbeeld is de EU green deal. Maar ook op het gebied van handel pleiten Nederland en Frankrijk om de krachten van de EU te gebruiken voor onder andere socio-economische en duurzaamheidsdoeleinden. De welwillendheid van Nederland en Europa om op deze gebieden stappen te zetten, biedt kansen voor bedrijven om hierop in te spelen.
Conclusie
Doordat geopolitiek een steeds grotere invloed heeft op de economie moet Nederland en zeker ook het Nederlandse bedrijfsleven deze risico’s afwegen. De Nederlandse en Europese economie hebben een aantal zwakke punten en afhankelijkheden. Maar er zijn daarnaast legio sterke punten en strategische voordelen te benoemen. De Nederlandse economie is ontzettend concurrerend en ons land is daarnaast wereldleider in een aantal sectoren. Deze geopolitieke onzekerheid brengt dus niet alleen gevaren maar ook kansen met zich mee.