Onderzoek
Hoe gevoelig is de Nederlandse economie voor ontwikkelingen in Hongkong?
De directe handels- en investeringsrelatie van Nederland met Hongkong lijkt op het eerste gezicht beperkt. Maar er zijn ook diverse indirecte effecten die we in ogenschouw moeten nemen, zoals de rol die verdere escalatie kan spelen bij het brede conflict tussen de Verenigde Staten en China.
In het kort
De situatie in Hongkong is de afgelopen periode geëscaleerd (zie ook Every en Giesbergen, 2019). Als gevolg daarvan is de kans zeer groot dat de economie van Hongkong in het derde kwartaal van 2019 in een recessie belandt. In dit Themabericht gaan wij in op de economische relaties die Nederland heeft met de Speciale Administratieve Regio (SAR). Dit doen we vooral door te kijken naar de handels- en investeringsrelaties. We kijken daarbij ook naar Singapore, omdat deze stadstaat vaak met Hongkong wordt vergeleken. Los van de genoemde indicatoren zijn er ook indirecte effecten die tot uiting kunnen komen bij een verdere escalatie van de situatie. Hongkong speelt namelijk een belangrijke rol als toegangspoort tot het binnenland van China, al is dat belang door de jaren heen wel afgenomen. Daarnaast is het een belangrijke hub in de regio op het gebied van financieel en logistiek verkeer. Tot slot kan verdere escalatie tot meer spanningen tussen de Verenigde Staten en China leiden. Een verstoring via deze kanalen kan ook indirecte negatieve effecten hebben op de rest van de wereld en dus ook Nederland.
Beperkte export naar Hongkong
De directe handelsrelatie van Nederland met Hongkong is relatief beperkt. De totale Nederlandse exportwaarde naar Hongkong bedroeg in 2018 iets meer dan 0,45 procent van de totale Nederlandse uitvoerwaarde. Voor de import was dat iets meer dan 1 procent van de totale importwaarde[1]. Dit betekent dat de netto handelsbalans van Nederland met Hongkong per saldo negatief is. Los daarvan geldt dat de Nederlandse export naar Hongkong achterblijft bij die naar Singapore (figuur 1).
[1] Vanwege de eveneens beperkte import en het feit dat de Nederlandse economie vanwege vraaguitval in Hongkong vooral geraakt wordt via de exportzijde van de economie laten wij de importrelatie verder buiten beschouwing.
Onderliggend bestaat de export naar Hongkong voor het grootste deel uit goederen, waarvan de uitvoer van ‘machines en vervoermaterieel’ en ‘voeding en levende dieren’ de grootste categorieën zijn (figuur 2). Bij ‘machines en vervoermateriaal’ gaat het vooral om uitzendapparatuur, machineonderdelen en geïntegreerde schakelingen. Geconcentreerde melkproducten maken het grootste deel uit van de export binnen de categorie ‘voeding en levende dieren'[2]. De uitvoer van diensten naar Hongkong is minder groot dan de goederenexport. In de periode 2016-2018 bedroeg de gemiddelde totale uitvoer naar Hongkong 3,2 miljard euro, waarvan ruim 2,1 miljard euro uit goederen bestond. Het grootste deel van de Nederlandse dienstenexport naar Hongkong bestaat uit de categorie overige zakelijke diensten, zoals ‘R&D en managementadvisering’, en ‘vervoersdiensten’ (figuur 3).
[2] Voor meer informatie over de handel in zuivelproducten tussen Nederland en China/Hongkong of over de consumptie daarvan in deze gebieden, zie de website van RaboResearch Food&Agri: https://research.rabobank.com/far/en/sectors/dairy
Mocht de economie van Hongkong in een periode van langdurige economische krimp belanden dan zijn dit op het eerste gezicht de goederen- en dienstencategorieën die vanuit Nederland het meest geraakt worden door vraaguitval. Ondanks de beperkte bilaterale handel geldt als kanttekening bij dit overzicht dat we niet specifiek weten welk deel van de export vanuit Nederland direct afhankelijk is van de finale vraag in Hongkong. De kans bestaat natuurlijk dat een deel van deze uitvoer uiteindelijk bedoeld is voor de Chinese of een andere markt in de regio, waardoor de vraag naar deze goederen of diensten op peil blijft, ondanks een lokale vraaguitval in Hongkong.
Meer directe investeringen vanuit Hongkong
Als we kijken naar de relatie die Nederland met Hongkong onderhoudt op het gebied van buitenlandse directe investeringen, dan is er een duidelijk verschil zichtbaar tussen dergelijke investeringen die vanuit Nederland naar Hongkong gaan (figuur 4) en investeringen vanuit Hongkong in Nederland (figuur 5). Daaruit volgt dat Nederland op het terrein van directe investeringen minder geld uit heeft staan in Hongkong dan andersom het geval is. Dit geldt overigens niet wanneer wordt gecorrigeerd voor zogenoemde Bijzondere Financiële Instellingen (BFI’s). BFI’s zijn in Nederland gevestigde dochtermaatschappijen van buitenlandse ondernemingen die fungeren als financieel intermediair tussen diverse onderdelen van het concern waarvan ze deel uitmaken[3]. Dit verschil is vooral groot bij buitenlandse directe investeringen die in Nederland worden gedaan.
[3] Meer informatie over de gebruikte BFI definitie is verkrijgbaar via de website van DNB. Voor meer informatie over de wijze waarop BFI’s een rol spelen bij Buitenlandse Directe Investeringen, zie ook Boonstra (2018).
Naast directe buitenlandse investeringen, hebben Nederlanders ook portfolio investeringen in de vorm van waardepapieren (zowel aandelen als schuldpapier) in Hongkong uitstaan. De waarde van deze bezittingen bedroeg in 2017 ruim 13,9 miljard euro, 2,8 procent van de totale buitenlandse portfolio investeringen van Nederland (figuur 6). De bezittingen bestaan voornamelijk uit aandelen. De portfoliobezittingen in Hongkong zijn hiermee groter dan de bezittingen van waardepapieren uit Singapore (figuur 7).
Hoewel de portfolio investeringen in Hongkong groter zijn dan die in Singapore, is de waarde van de totale Nederlandse portfolio investeringen in het buitenland beperkter dan de waarde van de totale buitenlandse directe investeringen in het buitenland. Per saldo geldt dus dat zowel de handels- als de investeringsrelatie van Nederland met Hongkong beperkter is dan die met Singapore. Dat betekent echter niet dat de impact op Nederland bij een langdurige escalatie in Hongkong gering hoeft te zijn. Als kleine open economie kan Nederland namelijk ook via andere kanalen geraakt worden, zoals een neergaande Chinese economie of een verdere escalatie van het bilaterale (handels)conflict tussen de VS en China.
Indirecte effecten groter?
Naast een lagere vraag naar Nederlandse goederen en diensten en minder appetite voor bilaterale investeringen, is de rol van Hongkong ook van belang voor China en voor de regio als logistieke en financiële hub. Sinds de overdracht van Hongkong vanuit de Britse kolonie aan China in 1997 is het economische belang in termen van China’s economie minder geworden. In 1997 stond de omvang van het bbp nog gelijk aan ongeveer een vijfde van China’s economie, tegenwoordig is dat iets meer dan 2,5 procent van het Chinese bbp (figuur 8). Maar het belang van Hongkong voor China is nog steeds groot, omdat het voordelen biedt voor Westerse bedrijven die via Hongkong de Chinese markt willen bedienen.
Het belang van Hongkong voor de Aziatische regio is ook duidelijk. Zo is de wet- en regelgeving van Hongkong internationaal vaak meer vergelijkbaar en is het er makkelijker om grensoverschrijdend betalingsverkeer te doen (Economist, 2019). Het aantal multinationals met Hongkong als regionaal hoofdkwartier is sinds 1997 met twee derde toegenomen tot ongeveer 1.500 multinationals. Naast Singapore, geldt dat ook Hongkong wordt beschouwd als een regionaal centrum voor veel verschillende industrieën en sectoren, zoals handel, financiële diensten, vervoer en logistiek (KPMG, 2018). Volgens het statistiekbureau van de Hongkongse overheid waren er de afgelopen jaren ongeveer 200 Nederlandse bedrijven geregistreerd, waarvan de meesten als lokaal kantoor worden gebruikt (figuur 9).
Tevens kan verdere escalatie ook tot meer spanningen tussen de VS en China leiden. Inmiddels is al geruime tijd duidelijk dat de spanningen tussen beide grootmachten veel verder gaan dan handel alleen. De reactie vanuit diverse Amerikaanse politici op de situatie in Hongkong en de wijze waarop China reageert zijn daar een voorbeeld van (Every en Giesbergen, 2019). President Trump heeft zelfs aangegeven dat een voorwaarde voor het bereiken van een handelsdeal, is dat China de situatie in Hongkong op een humane manier oplost. Hoewel wij op korte termijn überhaupt niet uitgaan van een deal tussen beide landen, kan deze situatie nog eens extra olie op het vuur gooien met alle nadelige economische gevolgen van dien (Giesbergen et. al, 2019).
Al met al lijkt de economische impact op Nederland van een naderende recessie of langdurige spanningen in Hongkong dus beperkt. Wel kan de belangrijke positie van Hongkong als toegangspoort tot China, en door zijn rol in het conflict tussen de VS en China zorgen voor nadelige indirecte effecten. De mate hiervan is lastig te voorspellen, maar is mogelijk groter dan de impact van verstoringen in de directe handels- en investeringsrelatie.