Onderzoek

Optimaliseren binnen nieuwe grenzen: Melkgeitensector is aan zet

20 januari 2020 14:08 RaboResearch

De Nederlandse melkgeitensector is financieel krachtig, en marktvooruitzichten zijn positief, hoewel bedrijven onderling veel verschillen. Ondanks dat de sector het...

Rabobank

Mondiale en Europese productie geitenmelk

Wereldwijd werd in 2018 bijna 20 miljard kilogram geitenmelk geproduceerd (IDF, 2019). Een groot deel van deze melk wordt geproduceerd op het Indisch subcontinent (o.a. India, Bangladesh en Pakistan) en in (Noord-)Afrika. Deze melk is met name bestemd voor eigen of lokale consumptie.

Binnen de EU is Nederland samen met Frankrijk, Spanje en Griekenland koploper in het produceren van geitenmelk (zie Figuur 1). Nederland onderscheidt zich door het hoge aandeel melk (meer dan 95% procent) dat voor verwerking wordt aangeboden bij de melkfabrieken, maar ook door de hoge export van verse geitenmelk naar omliggende landen.

Rabobank

In landen als Frankrijk en Griekenland wordt het gros van de geitenmelk verwerkt tot traditionele geitenkazen en verse zuivelproducten en geconsumeerd binnen eigen landsgrenzen. Ook in Nederland is de (halfharde) kaas in volume nog steeds het belangrijkste zuivelproduct gemaakt van geitenmelk. Toch is ook de wei een steeds belangrijker ingrediënt geworden in de totale verwaarding van geitenmelk.

Nederland onderscheidt zich dan ook in toenemende mate door een groeiende diversiteit in hoogwaardige zuivelproducten. Dit versterkt de positie van Nederlandse producten in exportmarkten binnen en buiten Europa.

Groei productie geitenmelk in Nederland vlakt af

Sinds 2014 is de Nederlandse geitenmelkproductie met grofweg 140 miljoen kilogram (circa 57%) gestegen tot ongeveer 385 miljoen kilogram in 2018. Deze forse groei van de melkproductie is tijdelijk uit balans geweest met de capaciteit van de melkverwerkers en de afzet- en distributiekanalen richting de verschillende (consumenten)markten. Uiteindelijk zijn melkprijzen hierdoor ook onder druk komen te staan en is de gemiddelde melkprijs in 2018 gedaald tot een niveau net onder de 60 euro per 100 kilogram melk. In 2019 herstelden de melkprijzen en lijkt de gemiddelde melkprijs voor geheel 2019 uit te komen op een prijs tussen de 62 en 63 euro per 100 kilogram melk.

Gezien de huidige productiebeperkingen op regionaal en nationaal niveau verwacht de Rabobank dat de groei van de geitenmelkproductie zal afvlakken tot circa 420 tot 435 miljoen kilogram in 2019 en 2020. Ruimte voor verdere groei zal er voorlopig nog niet komen: hiervoor wordt het minimaal wachten op de resultaten van het VGO3-onderzoek, welke in 2021 of 2022 worden verwacht. Tot die tijd zal groei voornamelijk komen uit optimalisatie (bijv. productieniveau) binnen de huidige bedrijfsvoering en vergunde dieraantallen.

Rabobank

Marktverwachtingen blijven goed

Toch blijven de marktvooruitzichten positief. Nederlandse zuivelproducten van geitenmelk zijn veelal hoogwaardige producten voor nichemarkten die steeds vaker ook hun weg buiten de Nederlandse en Europese grenzen vinden. In regio’s met relatief hoge besteedbare inkomens zijn consumenten steeds vaker op zoek naar zuivelproducten die niet gebaseerd zijn op koemelk en ook bereid om hier een meerprijs voor te betalen. Gezien deze marktvooruitzichten en de afvlakkende groei van de melkproductie in Nederland, verwacht de Rabobank in 2020 een melkprijs die boven het niveau van 2019 zal liggen.

Sector aan zet om draagvlak te behouden

Het imago van de Nederlandse melkgeitenhouderij is relatief goed en zuivelproducten voldoen aan hoge kwaliteits- en duurzaamheidsstandaarden. Toch is de maatschappij de afgelopen jaren kritischer gaan kijken naar o.a. de melkgeitenhouderij. Ook de aankomende jaren zullen de maatschappij, overheden, melkverwerkers, retailers en andere belanghebbenden meer eisen gaan stellen, waardoor ook de standaard wordt verhoogd. Deze wensen kan de sector niet negeren – sterker nog, er liggen kansen om hier proactief op in te spelen. Het inspelen op deze wensen draagt bij aan de ‘license to operate’ en zal mede daarom niet altijd leiden tot een hogere opbrengstprijs.

Om onderscheidend te blijven en draagvlak voor de sector te behouden, moeten ondernemers deze wensen meenemen in de ontwikkeling en positionering als sector en als individueel bedrijf. De sector kan bijvoorbeeld de duurzame geitenzuivelketen (DGZK) inzetten voor meer transparantie richting de maatschappij. Met een proactieve houding kan de sector laten zien welke maatregelen genomen worden, hoe de monitoring geborgd is en welke vooruitgang er geboekt wordt. Deze transparantie draagt bij aan het maatschappelijk draagvlak en kan ook de commerciële waarde van een onderscheidend product verhogen. De huidige deelname van ruim 60% van de sector aan de DGZK is hierbij een mooie start. Als iedereen meedoet, geef je als sector een nog krachtiger signaal af.

Een ander belangrijk aspect de komende jaren is het terugdringen van emissies naar de directe omgeving. Op dit moment is er buiten de luchtwasser geen systeem dat voldoet. De sector heeft zelf voorkeur naar een systeem dat het probleem aanpakt bij de bron. Om niet gevangen te raken in dwingende wetgeving is (door)ontwikkeling van technieken op dit terrein nodig. De sector kan en mag hier niet afwachten. Ook dit vraagt om een proactieve houding en investeringen. Een gezamenlijk investeringsfonds, opgezet en primair gevuld vanuit de sector, is hiervoor een kans. Op die manier kan samen met andere belanghebbenden geïnvesteerd worden in (door)ontwikkeling en meting van systemen die nu mogelijk blijft liggen vanwege het beperkte commerciële belang van derde partijen. Zo kan de sector zelf bijdragen aan haar eigen toekomstperspectief.

Kostprijs blijft constant ondanks lagere melkprijzen

Ondanks de dalende melkprijs de laatste jaren bleven de reserveringscapaciteit en marge binnen de melkgeitenhouderij gemiddeld positief. Dit toont de financiële kracht van de sector. Toch is de marge met de lagere melkprijs gedaald tot een niveau van nog geen 2,00 euro per kilogram en is de financiële kostprijs1 op een niveau gekomen dat de melkprijzen overstijgt. Hierdoor worden de grote verschillen tussen bedrijven wel beter zichtbaar dan eerder het geval was. Daarom blijft het belangrijk om binnen de nieuwe gestelde grenzen en toekomstige uitdagingen focus te houden op bedrijfsoptimalisatie en beheersing van de marge om een duurzaam verdienmodel te kunnen behouden.

Rabobank

Dit is een exclusief artikel

Log in of meld je aan om toegang te vragen