Onderzoek
Misvattingen houden verduurzaming woningen tegen
Nederlandse huiseigenaren verduurzamen hun woning slechts mondjesmaat. Zo zijn in de helft van alle huizen de afgelopen vijf jaar geen energiebesparende maatregelen genomen. De verduurzaming van de woningvoorraad gaat dan ook minder snel dan nodig om de doelen uit het Klimaatakkoord te halen. Dit komt deels door enkele hardnekkige misvattingen, zo schrijven economen van RaboResearch.
De eerste misvatting is dat huiseigenaren onterecht denken dat hun huis al energiezuinig is. Ongeveer een derde van deze huizen heeft een definitief ‘oranje’ label C, D of E. Ongeveer 5 procent heeft zelfs een definitief ‘rood’ F of G label. Toch denken deze huiseigenaren dat het niet nodig is om te verduurzamen. Mogelijk verwarren zij energiezuinig gedrag met een bouwtechnisch duurzaam huis. Ook zijn zij mogelijk niet bekend met hun energielabel en dus de energieprestatie van hun woning.
“Veel huiseigenaren denken onterecht dat hun huis al energiezuinig is”
Misvattingen vragen om betere voorlichting
De tweede misvatting is dat huiseigenaren denken dat investeren in energiebesparende maatregelen zich niet (of onvoldoende) terugbetaalt via een lagere energierekening en/of een hogere woningwaarde. Uit de literatuur blijkt echter dat verduurzamen een win-winsituatie oplevert. Een duurzame woning resulteert niet alleen in een lagere energierekening maar verhoogt ook de waarde van het huis. Dit laatste geldt vooral in gebieden waar de spanning op de woningmarkt geringer is.
Er valt nog een hele wereld te winnen door huiseigenaren simpelweg beter te informeren. Niet alleen over het waardeverhogende effect van verduurzamingsmaatregelen maar ook over de energieprestatie van hun woning. Het toesturen van een voorlopig energielabel zoals in 2015 is gebeurd, lijkt onvoldoende, ook omdat het mogelijk niet overeenkomt met de feitelijke energieprestatie van de woning. Door huishoudens beter te informeren, kan mogelijk een deel van de huiseigenaren over de streep worden getrokken om tóch aan de slag te gaan met het verduurzamen van hun woning.
Klimaatdoelen in gevaar
De verduurzaming van de woningvoorraad is een van de grotere opgaven in de energietransitie. De gebouwde omgeving is namelijk verantwoordelijk voor rond 13 procent van alle Nederlandse emissies. Volgens het Klimaatakkoord moet de CO2-uitstoot in 2030 met 49 procent zijn afgenomen ten opzichte van 1990. Concreet betekent dit dat 1,5 miljoen woningen moeten worden verduurzaamd en van het gas af. Tot 2021 gaat het om jaarlijks 50.000 woningen en daarna moet het tempo fors omhoog naar jaarlijks 200.000 woningen om deze doelstelling te halen. Ook moeten de huurhuizen van woningcorporaties volgend jaar al energielabel B of hoger hebben.
Zover zijn we echter nog lang niet. De Nederlandse woningvoorraad telt vooralsnog weinig ‘groen gelabelde huizen’. In 2018 had slechts 14 procent van alle huizen met een definitief label energielabel A of hoger terwijl nog eens 16 procent energielabel B had. In vergelijking met 2015 nam het aandeel huizen met een ‘groen’ energielabel toe met krap 5 procentpunten. Vooralsnog gaat de verduurzaming dus erg langzaam en gezien de doelstelling is er flink wat werk aan de winkel.