Update
Huizenprijzen en -verkopen in tweede kwartaal opnieuw hoger
In de eerste helft van het jaar zijn 6,6 procent meer huizen verkocht dan vorig jaar, voor gemiddeld 7,1 procent hogere prijzen. Maar stijgende werkloosheid en een dalend vertrouwen van Nederlanders in de koopwoningmarkt zullen de rest van dit jaar naar verwachting voor afkoeling zorgen.
Buiten de Randstad veel huizen verkocht
Tussen april en juni zijn volgens het Kadaster bijna 55.000 huizen verkocht, waarmee in de eerste helft van 2020 in totaal bijna 107.000 koopwoningen van eigenaar zijn gewisseld. Dat is 6,6 procent meer dan vorig jaar. In Noord-Brabant zijn in de eerste zes maanden zelfs 11 procent meer huizen verkocht dan een jaar eerder. Daarentegen zagen de gemeenten Amsterdam en Utrecht het verkooptempo het afgelopen halfjaar verder teruglopen tot een niveau vergelijkbaar met 2014 en 2015 (zie figuur 1).
Het gaat hier om de registraties bij het Kadaster, die gemiddeld enkele maanden later volgen op het moment dat nieuwe eigenaren de voorlopige koopakte tekenen bij de makelaar. Dat betekent dat de cijfers over het tweede kwartaal vooral laten zien hoe de woningmarkt was vóór de coronacrisis. Het aantal verkopen sluit vooralsnog aan bij onze laatste woningmarktverwachtingen, waarin we uitgaan van een stijgend aantal verkopen in de eerste helft van het jaar gevolgd door een daling vanaf de tweede helft als gevolg van de coronacrisis.
Provincie Groningen ziet prijzen harder stijgen dan Utrecht en Amsterdam
De prijzen zijn in het tweede kwartaal daarentegen iets harder gestegen dan wij hadden verwacht. De huizenprijsindex van het CBS en Kadaster, die is gecorrigeerd voor onder meer samenstellingseffecten, lag gemiddeld liefst 7,5 procent hoger dan een jaar eerder. Daarmee komt de gemiddelde prijsstijging sinds begin dit jaar uit op 7,1 procent. Vooral in de provincie Groningen zijn de prijzen dit jaar tot nu toe hard gestegen. De nominale huizenprijzen liggen daar nu bijna 14 procent hoger dan tijdens de piek in 2008. In heel Nederland is dat gemiddeld ruim 16 procent (zie figuur 2).
Door onder meer de hoge prijsstijgingen in het eerste halfjaar zullen huizen gemiddeld dit jaar flink duurder zijn dan in 2019. In onze meest recente verwachtingen gaan we er wel van uit dat huizenprijzen enige tijd zullen dalen, nadat eerder het aantal verkopen al zal inzakken. In 2021 zullen koopwoningprijzen daardoor naar verwachting gemiddeld wel lager uitvallen dan in 2020. De coronacrisis geeft namelijk een flinke knauw aan de werkgelegenheid, wat vermoedelijk nog scherper zichtbaar wordt zodra de financiële steunpakketten aflopen of worden afgebouwd. Dat betekent dat de groep potentiële huizenkopers (en de bedragen die zij kunnen bieden) zal slinken. Nu al is de Eigen Huis Marktindicator, waarmee Vereniging Eigen Huis het vertrouwen van Nederlanders in de woningmarkt meet, gedaald tot het laagste niveau sinds 2014.