Onderzoek
Veel bedrijven in Groot-Rijnmond niet klaar voor de nieuwe economie
Veel bedrijven in Groot-Rijnmond zijn niet goed voorbereid op een duurzame en inclusieve economie. Vooral op het gebied van inclusief ondernemen is werk aan de winkel.
Onze economie staat voor grote uitdagingen, onder meer op het gebied van klimaat, circulair ondernemen en inclusiviteit. Dit vraagt om een transitie van onze economie en daarmee van het bedrijfsleven. Om toekomstbestendig te zijn, zullen ondernemers zich bewust moeten zijn van hun impact op de maatschappij en hun ecologische footprint. Tegelijkertijd zijn er kansen voor bedrijven door het ontstaan van innovaties en nieuwe markten.
De grote vraag is in hoeverre het Nederlandse bedrijfsleven is voorbereid op de nieuwe economie. En in welke mate dit verschilt tussen bedrijven uit verschillende sectoren, van verschillende grootte en uit verschillende regio’s. Om dit te meten ontwikkelde RaboResearch de ‘Nieuwe Economie Index voor Transitie van het bedrijfsleven’ (de NEx-T). Middels een enquête vroegen we ruim 1500 bedrijven langs zeven dimensies naar hun voortgang op en voornemens om te voldoen aan de eisen van de nieuwe economie.
De zeven dimensies zijn: nieuwe rijkdom, echte prijzen, transparante ketens, inclusief ondernemen, groene energie, biodiversiteit en circulaire economie (zie figuur 1). In Groot-Rijnmond deden 120 bedrijven mee aan de enquête, voldoende om uitspraken te doen voor deze regio. De gestelde vragen in de enquête (tabel 2) geven een indruk van de inhoud van de zeven dimensies.
De helft scoort onvoldoende
Om het bedrijfsleven een score te geven op de zeven dimensies en het totaal, zijn de antwoorden op de vragen genormaliseerd op een schaal van 1 tot 10. Deze rapportcijfers zijn gemiddeld per dimensie en vervolgens zijn de rapportcijfers voor de dimensies gemiddeld om tot een totaalscore te komen. Zo krijgt elk bedrijf een rapportcijfer per dimensie en voor het totaal. Door deze scores gewogen te middelen per regio, sector en grootteklasse, verkrijgen we totaalscores voor groepen bedrijven.
Als we dit doen voor Nederland als geheel, dan krijgt het bedrijfsleven een schamele 5,8. De helft van de bedrijven scoort lager dan een 6 en slechts 9% krijgt een 8 of hoger. Ook bedrijven in Groot-Rijnmond zijn gemiddeld genomen nog niet goed voorbereid op de nieuwe economie. De gemiddelde score is een 5,7, de helft scoort lager dan een 6 en 10% krijgt een 8 of hoger (zie figuur 2). De algemene conclusie is daarom dat er voor een zeer groot deel van de bedrijven in de regio werk aan de winkel is in de transitie naar een nieuwe economie.
Grotere bedrijven doen het beter
Als we een slag dieper kijken, wordt duidelijk dat er verschillen bestaan tussen typen bedrijven. Zo lijken grotere bedrijven beter op weg te zijn dan kleinere bedrijven. Het grootbedrijf (meer dan 250 werknemers) scoort gemiddeld beter dan het middenbedrijf (50-250 werknemers), dat op zijn beurt beter scoort dan kleine bedrijven (10-50 werknemers) en zogenoemde microbedrijven (1-10 werknemers). De twee laatstgenoemden krijgen nagenoeg dezelfde score (zie figuur 3). Het aantal bedrijven in Groot-Rijnmond dat deelnam aan de enquête is te laag om dezelfde onderverdeling te maken voor deze regio. Maar als we afgaan op de 120 geënquêteerde bedrijven lijkt het patroon in Groot-Rijnmond vergelijkbaar te zijn met het landelijke beeld.
Werken aan inclusief ondernemen
Naast een totaalscore voor de mate waarin bedrijven zijn voorbereid op de nieuwe economie, kunnen we ook scores berekenen voor de zeven onderliggende dimensies. Daarin zien we verschillen tussen Groot-Rijnmond en Nederland, maar vooral tussen de dimensies. Het Nederlandse bedrijfsleven krijgt bijvoorbeeld een dikke onvoldoende als het gaat om inclusief ondernemen. Hier is dus een flinke verbetering nodig. Ook in Rijnmond scoort het bedrijfsleven het slechtst op die dimensie. Op de dimensies nieuwe rijkdom en transparante ketens krijgt het bedrijfsleven de hoogste rapportcijfers, al is een 6 of 6,5 natuurlijk niet om over naar huis te schrijven.