Opinie
Het grote dilemma: blijven of verkassen
Veel stedelingen met jonge kinderen staan voor de keuze om hun kleine stadswoning te verruilen voor een groter huis in ‘het groen’. De prijsstijgingen in de grote steden, met name Amsterdam, zijn mogelijk van invloed op die beslissing.
Steeds vaker hoor ik ze om me heen, gesprekken tussen jonge ouders over de grote vraag: blijven we in de stad wonen of verkassen we naar een dorp in de omgeving? Stadse hardheid en razende auto’s versus sociale controle en veiligheid. Een glas wijn op de bank en twee restaurants in de Kerkstraat of spontaan de kroeg in en tweehonderd eettentjes binnen handbereik. Een postzegel achter je huis en hutjemutje wonen of een échte tuin en het bos om de hoek. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Veel stedelingen met jonge kinderen staan voor deze keuze. Voor sommigen is ze snel gemaakt, maar voor velen is het een voortdurend dilemma. Uiteindelijk beslissen zij natuurlijk ook, namelijk door geen keuze te maken. Hmm, misschien heb ik het vooral over mezelf.
Aan het besluit om in die levensfase te verhuizen is overigens niets nieuws. Sinds jaar en dag verruilen (aanstaande) ouders hun appartement of arbeiderswoning in de stad voor een groter huis in ‘het groen’. Wat sinds een paar jaar wél anders is en mogelijk de beslissing beïnvloedt, zijn de buitensporige prijsstijgingen in de grote steden. Daardoor zijn de prijsverschillen met huizen in de omgeving uit de pas geraakt. Dit geldt natuurlijk vooral voor Amsterdam. Veel huizenbezitters in de hoofdstad hebben een flinke overwaarde en daardoor veel financiële armslag als zij ervoor kiezen om buiten de stad een huis te kopen. Voor hen is er dus ineens veel meer keus. Volgens de media prijzen zij met de overwaarde op hun oude huis andere potentiële kopers uit de markt en zorgen zij voor prijsstijgingen in de kleinere plaatsen rondom Amsterdam.
In het Kwartaalbericht Woningmarkt doen we een aanzet om deze ‘olievlek’ van ruimtelijk uitbreidende prijsstijgingen met cijfers te staven. Wat blijkt? In veel van de kleinere plaatsen rondom Amsterdam wordt dertig tot maar liefst vijftig procent van de huizen gekocht door Amsterdammers. Bij een vergelijking van de prijzen die Amsterdammers en niet-Amsterdammers daar betalen voor een tussenwoning, schrokken we van de verschillen. De grootste uitschieter is gemeente Gooise Meren, waar een Amsterdammer gemiddeld ruim een ton meer neerlegt. Onze conclusie is dan ook dat dit zeer waarschijnlijk een prijsverhogend effect heeft.
Rondom Rotterdam zien we dit proces (nog) niet en we gaan nog onderzoeken hoe het zit rondom de andere grote steden. Mogelijk vult de olievlek op termijn de hele Randstad en zien we dezelfde ontwikkeling in en rondom de steden daarbuiten. Of dit uiteindelijk mijn keuze beïnvloedt, weet ik niet. Maar mocht ik de stad verlaten, dan hoop ik in elk geval niet te moeten concurreren met een Amsterdams gezin.