Update
Grote regionale verschillen in economische groei na jaar van herstel
De economische groei in de Nederlandse regio’s zet na een jaar van herstel ook in 2022 nog door. Wel remt deze groei door de hoge inflatie, personeelstekorten en de aanhoudende oorlog in Oekraïne. Regio’s met een grote horeca- en vrijetijdssector groeien dit jaar hard. Zij profiteren het meest van het loslaten van de coronamaatregelen. In regio’s met een grote agrarische en industriële sector blijft de groei achter, vooral vanwege de hoge grondstoffen- en energieprijzen. Groot-Amsterdam groeit komend jaar naar verwachting het hardst en maakt daarmee de opgelopen coronaschade uiteindelijk goed.
De Nederlandse economie groeit dit jaar waarschijnlijk nog met 2,9 procent. De hoge inflatie, de personeelstekorten en de aanhoudende oorlog in Oekraïne hebben echter hun weerslag op de economie. Hierdoor remt de groei en wij voorzien zelfs een milde recessie in het laatste kwartaal van 2022 en eerste kwartaal van 2023. De economische ontwikkelingen verschillen daarbij sterk per sector. Zo groeit de horeca dit jaar fors, vooral doordat de coronamaatregelen zijn losgelaten. Ook de vooruitzichten voor de bouwsector en vervoer en opslag zijn relatief rooskleurig. Daartegenover hebben de landbouw en de industrie te maken met hoge grondstoffen- en energieprijzen en verstoorde handelsketens. En ook in de informatie- en communicatiesector zien we een vertraging in de groei. Personeelstekorten en vraaguitval beperken de groei in deze sectoren.
De verwachte groeiverschillen in de sectoren werken door in onze regioprognoses. Bovendien spelen specifieke regionale omstandigheden een grote rol en zien we dat bepaalde sectoren in de ene regio harder groeien dan in de andere. Dit samen zorgt voor regionale groeiverwachtingen die sterk uiteenlopen voor 2022.
Regionale verschillen in groei worden vooral bepaald door de aanwezigheid van horeca
De economie groeit dit jaar waarschijnlijk in alle regio’s, ondanks de verwachting van een lichte krimp in het laatste kwartaal van dit jaar. Wel verschillen de groeicijfers aanzienlijk per regio. Zo zijn in de regio’s Groot-Amsterdam, Agglomeratie Haarlem en Overig Zeeland de horeca- en vrijetijdssector relatief groot. Deze regio’s profiteren dan ook van het opheffen van de coronamaatregelen. Het gaat hier vooral om herstelgroei, aangezien deze sectoren de afgelopen jaren het meest te lijden hadden onder de coronarestricties.
De sterke groei van industrieregio’s in 2021 zet dit jaar waarschijnlijk niet door. Daarnaast is de verwachting dat de agrarische sector in 2022 niet groeit, hoofdzakelijk vanwege de hoge grondstoffen- en energieprijzen. Regio Delft en Westland kent een grote agrarische sector en wordt daardoor hard geraakt. Brainport Eindhoven profiteert van het gunstige ondernemingsklimaat en zijn specialisatie; het innovatieve hightech-cluster biedt hier voordelen voor bedrijven.
Groot-Amsterdam komt de coronapandemie te boven en groeit dit jaar het hardst
Groot-Amsterdam groeit in 2022 naar verwachting het hardst. Deze regio – waar ook Schiphol onder valt – is hard geraakt door de coronapandemie, maar zet het herstel van vorig jaar sterk door en profiteert daarvan. Door de hoge dichtheid van bedrijven en mensen in deze regio, profiteert Groot-Amsterdam bovendien van een gunstig ondernemingsklimaat met bijbehorende agglomeratievoordelen.
Wat verklaart de regionale groeiverschillen?
De regionale verschillen in economische groei zijn deels toe te schrijven aan verschillen in de economische structuur. Gebieden met grote groeisectoren zoals de horeca, hebben een beter uitgangspunt voor groei dan gebieden met veel bedrijven in sectoren die krimpen of minder hard groeien. Dit noemen we het sectoreffect. Regionale groei blijkt echter nog meer af te hangen van specifieke regionale omstandigheden. Denk daarbij aan de voordelen die bedrijven ontlenen aan de nabijheid van andere bedrijven en kennisinstellingen, een goed opgeleide beroepsbevolking en het gunstige leefklimaat. Het effect van deze regionale omstandigheden op de economie is het zogeheten regio-effect.
In onze regioprognoses houden we rekening met beide effecten. Het sectoreffect berekenen we aan de hand van onze laatste sectorprognoses en de economische structuur van de regio’s. Het regio-effect baseren we op groeicijfers uit het verleden. Daarbij kijken we naar gerealiseerde economische groeicijfers tussen 2014 en 2019, jaren met een relatief hoge economische groei. We gaan ervan uit dat regio’s met een gunstig regio-effect in die periode ook in 2022 harder zullen groeien. Zij hebben immers bewezen over gunstige regionale omstandigheden voor groei te beschikken.
Omdat elk jaar zijn eigen economische bijzonderheden heeft – dit geldt zeker voor 2022 – gebruiken we tot slot onze transactiedata van de maanden januari tot en met mei 2022. Door deze te vergelijken met dezelfde periode in 2021 krijgen we een indruk van de werkelijke economische ontwikkeling van regio’s en welke regio’s bijvoorbeeld erg gevoelig zijn voor de huidige oorlog in Oekraïne. In gebieden waar de ontwikkeling van de recente transacties indruist tegen de verwachte groei op basis van het verleden, corrigeren we die verwachting.