‘Deze ‘schone’ bank kan een van de beste banken worden’

Zijn eerste honderd dagen zitten er intussen bijna op. Voor Stefaan Decraene zijn ze voorbij gevlogen. Op 1 januari van dit jaar volgde hij officieel Wiebe Draijer op als voorzitter van de Groepsdirectie van Rabobank. Sindsdien maakte hij lange dagen en leerde hij de 125 jaar oude bank van binnenuit kennen. Op een vroege ochtend in zijn werkkamer op het hoofdkantoor in Utrecht maken we nader kennis met de eerste buitenlandse bestuursvoorzitter van Rabobank, terwijl hij bij een kop koffie door de nieuwste edities van de Rabo &Co bladert.

Mooie bank

Dertig jaar zit hij al in het bankiersvak. De laatste tien jaar daarvan in de top van BNP Paribas, een van de grootste banken ter wereld. “Ik heb veel van de wereld gezien in mijn loopbaan tot nu toe. Ik voel me Vlaming, Belgisch, maar ook Europees en wereldburger”, vertelt hij. “Iedereen in de wereld heeft zijn eigen cultuur en het mooiste is als iedereen zich thuis voelt, gesteund en gerespecteerd. Toen ik hier in Utrecht binnenliep op mijn eerste dag voelde ik dat. En ik voel het nog steeds elke dag. Dit is een hele mooie bank. In België zeggen we: een ‘schone’ bank. En mijn ambitie is om van deze unieke, coöperatieve bank een van de beste banken te maken.”

‘We doen het hier samen’

Stefaan Decraene gelooft dat er voor Rabobank nog een mooie wereld te winnen is. Voor hem onderscheidt Rabobank zich van veel andere banken door de coöperatieve structuur die terug gaat naar haar oorsprong, nu 125 jaar geleden, toen een groep boeren hun eigen bank oprichtte om elkaar te helpen. Hun uitgangspunten waren gebaseerd op de principes van Friedrich Wilhelm Raiffeisen, een Duitse sociale hervormer die geloofde in de kracht van coöperaties om gemeenschappen te verbeteren.

“Die oorsprong zie ik mooi terug in onze missie: ‘Growing a better world together’. Elk woord van die missie vind ik van belang: we moeten zorgen dat we als Rabobank kunnen blijven bijdragen aan de groei van die betere wereld. En dat kan alleen als we het samen doen. Zo kijk ik ook naar mijn rol: ik ben een leider die het samen wil doen”, zegt hij.

‘Ik ben een doener’

Over zijn manier van leidinggeven is hij helder: “Ik ben een doener. En natuurlijk, voordat je iets gaat doen, droom en denk je daar over. Uiteindelijk is realisatie van plannen waar het om draait. Dat is voor mij echt cruciaal. Duidelijke doelen voor de bank zijn voor de korte en de lange termijn belangrijk.”

De belangrijke transities in de samenleving waar Rabobank aan bijdraagt zijn de energietransitie en de voedselsysteemtransitie. “Om doelen op lange termijn te bereiken, hebben we op korte termijn duidelijke en concrete acties nodig. Dat inspireert mensen. Als we als bank een leidende rol willen spelen dan moeten we met oplossingen komen. En dat is waar we met elkaar voor staan: concrete oplossingen bedenken en leveren wat we beloven.”

‘Wat eten mijn kleinkinderen straks?’

Decraene vindt Rabobank uniek als hij kijkt naar de kennis en ervaring die er huist, vooral op het vlak van landbouw en voedsel. Daar zit voor hem een belangrijk onderscheidend kenmerk van de bank. Hij wil die kennis blijven inzetten bij het werk van Rabobank. “Wat gaan mijn kleinkinderen straks eten? En hoe kunnen we vanuit Rabobank een rol spelen in de transitie van ons voedselsysteem? Daar zie ik ons een bijdrage aan leveren. En ook op het vlak van energietransitie zijn we bezig met prachtige projecten.”

Onder zijn leiding zal de coöperatieve Rabobank, zegt hij, ook ‘bank’ moeten blijven. “Er is nou eenmaal strenge wet- en regelgeving: banken moeten hun zaken beter dan ooit op orde hebben”, legt hij uit. Onder zijn voorganger Wiebe Draijer, kreeg Rabobank in de woorden van Decraene “echt een ziel”. “Die bank met een ziel, die coöperatieve Rabobank, dat onderscheidt ons van bijna alle andere banken. Nu is het zaak om de bank binnen de coöperatie nog extra aandacht te geven en alles op orde te krijgen hier. Als we dat goed doen dan brengen we die betere wereld die we in onze missie nastreven ook echt dichterbij”, aldus Decraene.

‘Een bibliotheek van verhalen’

Tot slot nog even over het magazine Rabo &Co. Een stapeltje verse exemplaren uit verschillende regio’s ligt op zijn leestafel. Hij bladert er doorheen. “Dit is een mooi magazine, prachtige fotografie en goeie verhalen over onze klanten en leden”, zegt hij. “Je ziet dat elke regio in Nederland weer een eigen karakter en cultuur heeft en dat levert steeds andere verhalen op. Het is voor mij mooi om te zien hoe groot de diversiteit is binnen al onze regio’s in Nederland. En deze verhalen vormen voor ons ook een bibliotheek van bewijsvoering voor wat we als bank vanuit onze missie doen.”