China: machtig, kwetsbaar en voor beleggers niet te negeren
China is na de VS de grootste economie ter wereld en haar belang voor de wereldeconomie is groot. Daardoor kunnen de vertrouwensbreuk tussen China en andere landen en de recente maatregelen van de Chinese overheid grote gevolgen hebben voor de economie en beurzen. Eén ding is duidelijk: het groeipotentieel van China en de wederzijdse afhankelijkheid zijn te groot om China als machtsblok en als investering te negeren.

De ontwikkeling van China is indrukwekkend. In een relatief korte tijd is het land een wereldspeler geworden. De economische groei bedraagt deze eeuw rond de 9% per jaar. De welvaart neemt toe, de bevolking is hoog opgeleid en nieuwe innovatieve bedrijven komen sterk op. Meestal leidt zo’n ontwikkeling tot meer vrijheden. Alleen heeft de Chinese overheid moeite met loslaten, ook op economisch gebied. Elke keer wanneer de groei van de consumentenbestedingen tegenvalt, worden de overheidsinvesteringen verhoogd om de gewenste economische groei te realiseren. Onder president Xi Jinping bestaat deze reflex eveneens en dat remt de beweging van een industrie- naar een consumentgedreven economie, omdat de industrie toch weer groter wordt.
Politieke spanningen
Xi Jinping gaat in zijn sturing verder dan zijn voorganger. Hij hecht veel waarde aan de macht van de Chinese overheid en die van de president. Dat begon 3 jaar geleden al met een grondwetswijziging die een levenslang presidentschap van Xi Jinping mogelijk maakt tegenover het eerdere maximum van 10 jaar. Daarnaast heeft Xi de vrije meningsuiting in Hongkong hardhandig aangepakt en ook zijn de relaties met Taiwan, Australië, Tibet en de VS verstoord. Na diverse beschuldigingen en aanwijzingen van spionage en het stelen van cruciale (bedrijfs)informatie, zijn buitenlandse bedrijven en overheden terughoudender geworden om zaken te doen met Chinese bedrijven. Bovendien heeft president Biden dit jaar extra beperkingen opgelegd aan de handel met China en mag met een groot aantal Chinese bedrijven geen handel meer worden gevoerd. Chinese bedrijven kunnen dus minder exporteren naar de VS, maar ook naar andere landen. Mede door deze spanningen streeft de Chinese regering naar een hoge mate van zelfvoorziening zowel in de productie als op de kapitaalmarkten. De Chinese overheid ziet bedrijven liever voor een beursgang in China kiezen dan op Wall Street. Daardoor worden de eigen financiële markten ook groter en meer liquide.
Macht van bedrijven ingeperkt
De wens voor een zelfvoorzienende economie betekent niet dat Xi meer macht aan Chinese bedrijven toestaat. Zo moeten zelfs succesvolle multinationals als Alibaba en Tencent activiteiten afbouwen en boetes betalen. Daarnaast werd eind juli het bestaansrecht van particuliere onderwijsinstellingen vrijwel volledig onderuit gehaald en moeten platformbedrijven aan meer eisen voldoen. Argumenten die de staat daarvoor aandraagt zijn zaken als privacybescherming, nationaal belang en verbetering van de arbeidsomstandigheden van de werknemer. Uiteindelijk kunnen de consument en de werknemer een voordeel hebben van de opgelegde maatregelen, desalniettemin zijn de beweegredenen anders. Deze zijn vooral gebaseerd op de macht van de staat en het terugdringen van de invloed van de VS. De Chinese overheid wil voorkomen dat Chinese ondernemingen meer data in handen hebben dan de staat zelf. Door gebruik van verschillende platforms voor bestellingen en betaaltransacties was dit bij veel ondernemingen echter wel het geval. Vanaf september zorgt een nieuwe wet voor een verdere beperking van data die zonder goedkeuring van de staat buiten China mogen komen.
De VS en China lijnrecht tegenover elkaar
In het terugdringen van de invloed van de VS is China met de laatste acties enigszins geslaagd. Op Wall Street zijn zo’n 250 Chinese aandelen genoteerd met een beurswaarde van meer dan 2000 miljard dollar. Door de maatregelen zijn deze aandelen hard onderuit gegaan. De Nasdaq Golden Dragon China index, die uit Chinese bedrijven met een notering op Wall Street bestaat, halveerde dit jaar ten opzichte van een eerder hoogtepunt. Voorlopig zullen Chinese bedrijven beursnoteringen in de VS uitstellen of hun introductie verhuizen naar China. De kans bestaat dat Chinese autoriteiten een vertrek van de Amerikaanse beurs zullen eisen. Maar ook de Amerikaanse beursautoriteiten worden strenger en willen aan de notering van Chinese aandelen op de Amerikaanse beurs strengere voorwaarden stellen. Dat betekent dat vanaf augustus Amerikaanse beleggers niet meer mogen handelen in Chinese aandelen die op de zwarte lijst staan.
Zwakkere marktvooruitzichten voor de kortere termijn
De verstoorde handelsbetrekkingen, wantrouwen en diverse overheidsmaatregelen zorgen voor een afzwakking in de economische groei. Die afzwakking was al ingezet na het snelle herstel van de coronacrisis. China wil de schuldposities niet verder laten oplopen. Daarom zijn er meer beperkingen voor de kredietgroei en kunnen de bestedingen en investeringen enigszins worden gedrukt. Het inperken van de winsten en de onberekenbare overheidsaanpak leiden tot lagere waarderingen in China. Het ingrijpen bij commerciële ondernemingen vergroot de afhankelijkheid van ondernemingen die deels in staatshanden zijn. Deze zijn goed voor ongeveer 25% van het bbp en zo’n 40% van de marktkapitalisatie op Shanghai. De winstmarges en winstgroei liggen bij deze bedrijven duidelijk lager. De winsttaxaties voor Chinese bedrijven worden naar beneden bijgesteld.
Chinese aandelen onderbelicht in wereldindex
Op langere termijn kunnen de koersen zich waarschijnlijk herstellen. Wat voor China spreekt, is dat het zich goed door de pandemie heeft geslagen. Daarbij heeft China geen excessief monetair en begrotingsbeleid hoeven voeren. De toenemende welvaart en een goede positie in technologie kunnen zorgen voor gunstige groeivooruitzichten op middellange termijn. Verder is de aandelenweging van China in de wereldindex veel lager dan op grond van de bbp-cijfers, maar ook marktkapitalisaties zou zijn gerechtvaardigd. Een groter gewicht in de wereldindices is te verwachten en dit kan tot extra instroom in de regio leiden. Op dit moment maakt China nog geen 4% uit van de wereldaandelenindex, terwijl de totale marktkapitalisatie van alle Chinese bedrijven zo’n 17% bedraagt. Bovendien zijn de waarderingen ruim 30% lager dan de wereldindex. Ondanks de negatieve berichten uit China over het investeringsklimaat aldaar, is de markt te groot en te kansrijk om te negeren. De markt blijft wel gevoelig voor politieke ontwikkelingen. Deze stellen op dit moment teleur. Indien China snel een positieve wending kan geven, biedt het land veel potentieel.
Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.