Gulle overheden kunnen inflatie en rentestijgingen aanjagen
Beleggers reageren nerveus op het ruime begrotingsbeleid van de nieuwe Britse regering. Het pond is gekelderd en staat op de laagste stand ooit. Een te ruim begrotingsbeleid kan bij een lage werkloosheid de inflatie aanjagen. Dit leidt dan tot verdere rentestijging om een zwakke valuta te compenseren. Obligaties zijn in een dergelijke omgeving kwetsbaarder dan aandelen.

Waar overheden met de centrale banken tijdens de coronapandemie kozen voor een gezamenlijk aanpak, lijken ze steeds meer diametraal tegenover elkaar komen te staan. In de VS zet de Fed (het stelsel van centrale banken) alles op alles om de inflatie te bestrijden. Intussen treedt de Inflation Reduction Act (IRA) in werking, een omvangrijk stimuleringspakket van de regering-Biden.
Er zullen weinig mensen zijn die verwachten dat de overheidsstimulering tot lagere prijsstijgingen zal leiden. Gelet op de lage werkloosheid en de financiële buffers van consumenten is het gevaar sterk aanwezig dat de vraag opleeft. Olie op het vuur van de inflatie dus.
VK gehinderd door zwakke pond
Dat geldt eens te meer wanneer de valuta van een land zwak is, zoals in het Verenigd Koninkrijk. De begroting van de nieuwe regering is de meest stimulerende in vijftig jaar tijd. De consequentie is dat de Britse staat in de komende anderhalf jaar waarschijnlijk net zo veel obligaties moet uitgeven als in de afgelopen vijf jaar. Dit heeft geleid tot een scherpe rentestijging. De markt verwacht nu dat de Bank of England het rentetarief van 2,5% naar 5,5% gaat brengen in de komende zes maanden.
De vergelijking met de stimuleringsmaatregelen onder Reagan en Thatcher in het verleden, die zichzelf als het ware terugverdienden, gaat mank. De werkloosheid is nu erg laag en een loon-prijs-spiraal kan gemakkelijk ontstaan. Ook het zwakke pond zal de inflatie aanwakkeren. Het VK is in het bijzonder kwetsbaar omdat het een groot tekort op de lopende rekening moet financieren. De hoge schulden, lage groei, hoge inflatie en lage productiviteit maken de Britse munt niet aantrekkelijk.
Impuls voor aandelenmarkt
Dat neemt niet weg dat de Britse aandelenmarkt daar niet erg onder hoeft te lijden. De lagere belastingen op bedrijfswinsten en effectentransacties zijn wel degelijk een impuls voor Britse aandelen. Bovendien zijn de in Londen genoteerde aandelen internationaal actieve concerns waarvan de koersontwikkeling meer die van wereldwijde concurrenten volgt dan de Britse economie.
De Britse beursindex presteert dit jaar toch al relatief goed. Hij staat in euro gemeten slechts 10% lager, terwijl de meeste beursindexen van het Europese vasteland eens zo veel hebben verloren. Dit verschil is overigens vooral te danken aan het verschil in samenstelling. De Britse beursindex bestaat namelijk uit relatief veel aandelen van bedrijven in de energie- en farmasector.
Obligaties zijn kwetsbaar
Wat dit wel aantoont, is dat beleggers in obligaties veel meer bevreesd moeten zijn voor valutaschommelingen en inflatie dan beleggers in aandelen. De SPDR UK Gilts, een tracker op Britse staatsleningen, is dit jaar met 30,5% gedaald en staat in euro’s dus meer dan 35% lager.

Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.