Waarom de markt de ECB niet serieus neemt
De gisteren aangekondigde renteverhoging door de Europese Centrale Bank (ECB) heeft gezorgd voor een ongekende daling van de lange rente. Dat is opmerkelijk, maar wel te billijken. We zien de meeste kansen in obligaties in euro, omdat de ECB uiteindelijk ook het roer om moet gooien.

Extra renteverhoging leidt tot lagere rente
Terwijl de ECB probeerde markten te overtuigen dat ze de rente nog stukken verder wil verhogen, stegen de obligatiekoersen alsof ze de rente verlaagd zou hebben. In een dag steeg het behaalde rendement op de Europese obligatie-index (Euro Aggregate) voor het lopende jaar van 2,1% naar 3,9%. Neemt de markt de ECB niet langer serieus?
De ECB verhoogde de korte rentetarieven met een half procentpunt naar 2,5%. Bovendien gaf ze aan dat ze de rente op de volgende bijeenkomst in maart met opnieuw 0,5% zou verhogen. Dat is een opvallende toevoeging, want eerder had de ECB nog aangegeven dat elk rentebesluit afhankelijk zou zijn van de data in de tussenliggende periode. ECB-president Christine Lagarde liet daarbij ook nog weten dat de ECB dan nog niet klaar is en dat daarna verdere renteverhogingen nodig zullen zijn. Waarop de meeste analisten nu een tarief van 3,5% voor medio dit jaar voorspellen.
Gelet op de toon die de ECB aanslaat, lijkt dat een voorzichtige aanname. Maar in plaats van dat de markten voor een verdere rentestijging gingen vrezen en beleggers hun obligaties gingen verkopen, ontstond een koersrally die je normaal alleen ziet bij renteverlagingen. Staatsobligaties met een looptijd van tien jaar stegen met 2% en die van Italië zelfs met 3%. Ondanks de retoriek van de ECB daalde de lange rente scherp.

Hoe moet dit geïnterpreteerd worden?
De voor de hand liggende verklaring is dat de markten het niet goed begrepen hebben en dat het communicatiebeleid van de ECB andermaal tekortschiet. Er lijkt echter meer aan de hand.
Daarvoor moeten we eerst een overstap maken naar de andere centrale banken. De renteverhoging van de ECB volgde op een rentestap van de centrale banken in de VS en het VK. In de VS werd de rente met nog maar 0,25% verhoogd naar 4,75%. De Fed (de Amerikaanse centrale bank) gaf aan dat ze tevreden is over de daling van de goedereninflatie en de afkoeling van de huizenmarkt, maar dat ze nog wel scherp kijkt naar de diensteninflatie buiten de huizenmarkt.
Daarmee werd een duidelijk signaal aan de markt gegeven dat renteverhogingen voortaan beperkt zullen zijn en dat een staking van de renteverhogingen binnen bereik is zodra de diensteninflatie duidelijk afneemt. Ook de Bank of England gaf aan dat ze dit keer voor het laatst de rentetarieven met een half procentpunt heeft verhoogd naar 4%.
Met het oog op de afnemende renteverhogingen in de VS en het VK is de markt duidelijk over de inflatiezorgen heen aan het kijken. De vraag is of de rente op langere termijn houdbaar is op een niveau van 5% in de VS en 4% in het VK. Dat is twijfelachtig, gezien de renteniveaus van de afgelopen twintig jaar en gezien het groeipotentieel van de economie. Ook de omvang van de schulden betekent dat een dergelijk hoog renteniveau waarschijnlijk moeilijk houdbaar wordt. Daarom is het niveau van de lange rente nu lager dan dat van de korte rente.
“Het is te voorspellen dat de ECB uiteindelijk dezelfde richting zal inslaan als de Fed in de VS.”
Inflatieomslag kondigt zich aan
Ook in Europa is de kentering in inflatie zichtbaar. Maar het lijkt erop dat de ECB zich richt op het jaar-op-jaarcijfer voor de kerninflatie, dat nog is toegenomen tot 5,25% in januari. De stijging van dezelfde index over een zesmaandsperiode is echter sinds de zomer al duidelijk op de terugweg: van 6,75% in augustus naar 3,6% in januari (geannualiseerd). De daling van het jaar-op-jaartarief is daarmee in feite al aangekondigd.
Dat de ECB met 2,5% nog op een stuk lager renteniveau zit dan de tegenhangers overzee, is vooral het gevolg van het feit dat de ECB de draai vorig jaar laat heeft ingezet en nu nog wat heeft in te halen. Het is echter voorspelbaar dat de ECB uiteindelijk dezelfde richting zal inslaan als de Fed in de VS: verkleinen van de renteverhogingen en het beëindigen daarna. Wanneer ze dat niet zou doen en nog langer op de rem zou trappen, is dat geen groot risico voor de Europese langjarige obligaties. Het zou immers voor een recessie zorgen in Europa die tot lagere rentes zou leiden. Bovendien is het gevaar van weer oplaaiende inflatie waarschijnlijk in Europa het kleinst. De arbeidsmarkt is er immers minder krap, de economie is minder gesloten en de euro wordt sterker.
Voor beleggers betekent dit dat de kansen nu meer liggen in Europese obligaties, omdat de rentes in euro minder zijn gedaald vanaf de piek en omdat de inflatierisico’s worden beteugeld.
Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.