Japan duwt rentes wereldwijd omhoog
Japan neemt stapsgewijs afscheid van de rentes van 0%. De druk op de yen neemt hierdoor af. Het maakt buitenlandse obligaties minder aantrekkelijk voor Japanse beleggers.

Als de centrale banken in de VS en de EU de top in hun rentetarieven bereiken, is dat vaak ook het moment dat het hoogste punt in de lange rente is geweest. Historisch ligt dat meestal één of twee maanden eerder. Bijzonder dit keer is dat de tweejaarsrente al op 8 maart het hoogste punt van deze cyclus bereikte (5,07% in de VS; 3,33% in Duitsland) en de tienjaarsrente in de VS zelfs al veel eerder: 4,25% op 24 oktober; in Duitsland lag de top op 2 maart met 2,75%.
Nieuwe renteschok
Toch zagen we afgelopen vrijdag een nieuwe renteschok, die de tienjaarsrente omhoog bracht richting 4% in de VS en 2,5% in Duitsland. De oorzaak lag in Japan. De centrale bank probeert daar de lange rente vast te klinken rond een bepaald niveau en is bereid daarvoor alle staatsleningen met een looptijd van tien jaar op te kopen als de rente boven de limiet ligt. Afgelopen december werd die limiet plotseling verhoogd naar 0,5%, wat een schokgolf in de rentemarkt teweeg bracht. Sindsdien is er een nieuwe gouverneur aangetreden die er veel aan deed om de ontstane onrust te beteugelen. Maar nu heeft hij de markten verrast door de bandbreedte opnieuw te verhogen: obligaties worden pas onvoorwaardelijk opgekocht bij een rente van 1%.
Dat is een opmerkelijke stap. Vorig jaar lag de centrale bank onder druk van de markten. Omdat in vrijwel de hele wereld rentes opliepen, werden Japanse obligaties steeds minder aantrekkelijk. Speculatie of de centrale bank in 2023 de rente rond 0% zou willen blijven houden, stak logischerwijs de kop op. De verhoging van de doelstelling en de limiet werd zo in feite afgedwongen. Dit keer was er geen druk van buiten en heeft de centrale bank deze aanpassing zelf gecreëerd. Dat betekent dat Japanse obligaties kwetsbaarder worden. Waar de Bank of Japan de huidige tienjaarslening tot vorige week onvoorwaardelijk inkocht op 99%, ligt de steun nu een stuk lager op 94,35%. Dat de koers naar 98% is gedaald, valt in die zin nog mee. Het bewijst dat de markt nog geen reden ziet voor rentes van 1% in Japan. De rente in Japan op obligaties met een looptijd van 15 jaar is bijvoorbeeld nu lager dan begin dit jaar, toen er veel onzekerheid was over het monetaire beleid in Japan. Dat geeft aan dat de markt niet zo onzeker is over het rente- en inflatiebeeld in Japan. Hoewel de hogere rente in Japan obligaties in andere valuta relatief minder aantrekkelijk maken voor Japanse beleggers, zien we dit daarom niet als een nieuwe grote bron van onrust voor Westerse rentes.
Aanpak van goedkope yen
We denken dat de voornaamste reden van de omslag in het monetair beleid in Japan is dat het de druk op de goedkope yen wil verlagen. Het grote renteverschil met euro en dollar drukt op de yen, die daardoor naar vele maatstaven goedkoop is. Omdat Japan veel importeert, betekent dit een inflatiegevaar. Als de lange rente in Japan stijgt, terwijl die in de VS en de EU afneemt, worden Japanse obligaties en daarmee de yen, minder onaantrekkelijk.
Resultaten uit het verleden
In wereldwijde portefeuilles waren Japanse staatsleningen in de eerste zes maanden opvallend genoeg de best renderende staatsleningen, met een plus van 5,2%. Dat lag aan twee dingen: de rust die was teruggekeerd in de Japanse rente en de hoge vergoeding die het afdekken van de yen oplevert. Met de te verwachten verdere rentestijging is het perspectief voor de tweede jaarhelft aanzienlijk minder gunstig, terwijl de kans op rentedaling in euro- en dollarobligaties een stuk groter is. Want een wat hogere rente in Japan hoeft het rentebeleid daar niet te deren.
Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.