Update
Vitale woonzorggemeenschappen bouwen? 10 inzichten die je verder helpen
Terwijl de kabinetsformatie zich buigt over de toekomst van wonen en zorg, groeit de urgentie om Nederland weerbaarder te maken. Hoe creëren we buurten waar wonen en gezondheid elkaar versterken? Plekken waar mensen zich verbonden voelen, regie houden over hun eigen leven, en waar zorg dichtbij is? De publicatie Samen wonen, samen leven onderzocht 17 woonzorginitiatieven door heel Nederland. De 10 belangrijkste inzichten, en hoe je ze toepast in de praktijk, lees je in dit artikel. Of je nu beleidsmaker, professional of bewoner bent: deze lessen geven je concrete ideeën om vandaag al stappen te zetten naar een toekomstbestendige woonomgeving.

In het kort
Vitale gemeenschappen: van ideaal naar doorbraak
Hoe zorgen we ervoor dat ouderen niet alleen langer thuis wonen, maar ook vitaal, verbonden en met regie over hun eigen leven? Hoe creëren we buurten waar ontmoeting vanzelfsprekend is, waar zorg dichtbij is en waar mensen naar elkaar omkijken? En vooral: hoe worden die mooie woorden de realiteit?
De demografische ontwikkelingen dwingen tot actie. Nederland vergrijst in hoog tempo, terwijl het aantal zorgprofessionals afneemt en de woningmarkt piept en kraakt. We hebben 1 miljoen extra woningen nodig, waarvan 290.000 specifiek voor ouderen. Tegelijkertijd groeit het besef dat stenen alleen niet genoeg zijn: het gaat om gemeenschappen waarin wonen, welzijn en zorg elkaar versterken. De beweging van systeemwereld naar leefwereld is niet langer een keuze, maar een noodzaak.
De publicatie Samen wonen, samen leven is het resultaat van een unieke samenwerking tussen BeBright, Rabobank en het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht, met steun van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De inzichten bieden richting en houvast voor marktpartijen, gemeenten, corporaties, zorgorganisaties én bewoners. Daarmee bouwen we samen aan vitale, inclusieve en toekomstbestendige woonvormen.
De 3 lenzen voor verandering
De inzichten zijn geordend in 3 perspectieven – of ‘lenzen’ – die samen een kompas vormen voor verandering:

Lens 1: Gedrag & Cultuur
Een gemeenschap ontstaat niet door stenen, maar door verhalen, koffie aan de keukentafel en mensen die elkaar kennen. We zagen in alle 17 initiatieven dat sociale dynamiek het verschil maakt. Van de warme huiskamer in Thuishuis Woerden tot de levendige ‘Hoëskamer’ in Ruysdonck. Gedrag en cultuur vormen de basis van wederkerigheid, eigenaarschap en vertrouwen. Onder deze lens vallen 4 inzichten die laten zien hoe je van een gebouw een gemeenschap maakt.
1. Essentiële rol van communityfuncties
Een gemeenschap ontstaat niet vanzelf. Het vraagt om mensen die verbinden, zoals communitymanagers, flatcoaches en buurtverbinders. Zij zorgen dat een gebouw geen verzameling van voordeuren blijft, maar een plek is waar mensen elkaar vinden. Zo is bijvoorbeeld bij Living Inn in Nijmegen het complex opgedeeld in ‘schakels’ van 10 woningen. Een bewoner is als ‘schakelaar’ het aanspreekpunt voor de rest van de gang. Een communitymanager ondersteunt dit met spreekuren en het coördineren van bewonersinitiatieven. Een ander voorbeeld is Liv inn in Hilversum. Daar gaat de Huismeester Plus-Plus verder dan technisch beheer, hij zorgt voor verbinding en signaleert.
Doen:
2. Heldere toewijzing en bewonersbetrokkenheid
Nieuwe bewoners hebben grote invloed op de onderlinge cultuur. Motivatie en bereidheid om iets voor elkaar te doen zijn belangrijker dan wachttijd. Zo beslissen bewoners bij Thuishuis Woerden bijvoorbeeld mee over nieuwe huisgenoten. En bij Living Inn maakten jongeren een videopitch om te laten zien hoe zij willen bijdragen aan de gemeenschap.
Doen:
“‘Een gemeenschap bouw je niet door 12 activiteiten per jaar te organiseren, maar door mensen zelf eigenaar te maken’”
3. Bewustwording en vroegtijdige verhuizing
Nieuwe woonvormen werken het best als bewoners instappen terwijl ze nog vitaal zijn. Ze bouwen dan actief mee aan de gemeenschap. Een goed voorbeeld is Hof van Leeuwesteyn. Daar konden bewoners in een vitale fase verhuizen en zo actief bijdragen aan het sociale leven: van gezamenlijke activiteiten tot het opbouwen van een cultuur van wederkerigheid. Seasons De Trappenberg werkt vanuit hetzelfde principe. Zij creëerden een aantrekkelijke woonomgeving waar ouderen bewust kiezen om eerder naartoe te verhuizen, zodat ze niet alleen een prettige woning hebben, maar ook onderdeel worden van een sociaal netwerk. Dit vergroot ontmoeting, uitstel van zware zorg en het gevoel van geborgenheid.
Doen:
4. Cultuur- en gedragsverandering
Bewoners moeten leren dat ze zelf initiatief kunnen nemen, en professionals moeten leren loslaten. Dat vraagt om reflectie, begeleiding en soms het lef om niet direct in te grijpen. Bij Wij zijn Zuiderschans was dit bijvoorbeeld een grote omslag. Bewoners waren gewend om bij elk probleem direct de corporatie of zorgorganisatie te bellen, terwijl het concept draait om samenredzaamheid. Professionals moesten bewust een stap terug doen en niet meteen gaten opvullen, zodat bewoners zelf initiatief konden nemen. Dat was spannend, maar cruciaal om eigenaarschap te laten groeien.
Doen:
Lens 2: Ruimte & Relaties
De fysieke omgeving speelt een belangrijke rol bij sociaal contact. Brede galerijen nodigen uit tot een praatje en een buurtkamer maakt ontmoeting vanzelfsprekend. Ruimte is niet neutraal: ze kan verbinden of isoleren. Onder deze lens vallen 3 inzichten.
5. Fysieke ruimte als sociale katalysator
Ontwerp en inrichting beïnvloeden sociale dynamiek. Bij Hof van Leijh in Haarlem bijvoorbeeld is de Buurtwinkel dé ontmoetingsplek voor bewoners en buurtgenoten. Living Inn in Nijmegen werkt met kleinschalige clusters (van 5-15 woningen) binnen een groot complex, waardoor bewoners elkaar vanzelf tegenkomen. In Seasons De Trappenberg zijn gezamenlijke tuinen en een open keuken cruciaal voor sociale interactie.
Doen:
6. Verbinding met de buurt
Een woonzorggemeenschap floreert als onderdeel van een groter sociaal ecosysteem. Een gebouw dat zich opent naar de wijk, versterkt sociale netwerken en voorkomt isolement. Zo brengt De Thuisbus in Woerden zorg en ontmoeting letterlijk de wijk in, waardoor bewoners laagdrempelig contact maken en hulp krijgen dicht bij huis. Ook bij De Wulverhorst in Oudewater werken buurtambassadeurs actief aan verbinding.
Doen:
7. Ruimtelijk beleid bepaalt wat er kan ontstaan
Flexibele bestemmingsplannen en het meewegen van maatschappelijke waarde – zoals leefbaarheid, sociale cohesie en gezondheid – zijn cruciaal om innovatieve woonvormen mogelijk te maken. Het Didam-arrest verplicht gemeenten om grond openbaar aan te besteden, wat het voor wooncollectieven zoals De Nieuwe Meent lastiger maakt, maar gemeenten als Amsterdam en Utrecht tonen dat het anders kan door maatschappelijke waarde in tenders mee te wegen en kavels vrij te maken voor wooncoöperaties.
Doen:
Lens 3: Structuren & Systemen
Zelfs de meest bevlogen initiatieven lopen vast als regels, financiering en bestuurlijke kaders niet meebewegen. Deze lens gaat over het losmaken van oude reflexen en het bouwen van structuren die samenwerking, preventie en sociale waarde belonen. De laatste 3 inzichten vallen onder deze lens:
8. Systeemlogica versus leefwereld
Vernieuwende woonzorginitiatieven botsen vaak met starre systemen. Mensen willen samenwonen, mantelzorg geven, gecombineerd met werk en sociale contacten. Initiatieven zoals de Thuishuizen of gemengde wooncomplexen vallen vaak tussen wal en schip, omdat beleidskaders deze mengvormen niet toestaan. Ook regels rond bestemmingsplannen en grondbeleid maken het ingewikkeld.
Doen:
9. Financiering van gemeenschap en samenwerking
Sterke gemeenschappen bevorderen gezondheid en voorkomen dure zorg, maar het huidige systeem beloont nog steeds reparatie in plaats van preventie. Het besef groeit dat sociaal kapitaal net zo belangrijk is als stenen. Nieuwe coalities ontstaan: pensioenfondsen en maatschappelijke investeerders stappen in voor rendement én impact.
Doen:
10. Samenwerking en gedeeld eigenaarschap
Geen enkel initiatief slaagt alleen. Succes vraagt om een stevig netwerk van samenwerkingen en een gedeeld kompas. Een goed voorbeeld is De Nieuwe Sint Jacob in Amsterdam. Achmea Real Estate en Amstelring werken samen in een woonzorgconcept dat financieel rendement koppelt aan levenskwaliteit. Hun samenwerking laat zien hoe institutionele beleggers en zorgorganisaties gezamenlijk investeren in een inclusieve woonvorm. Een ander voorbeeld is Powered by Proteion in Limburg. Dat is een netwerk van lokale zorgondernemers dat met een gedeelde visie en gezamenlijke afspraken hybride woonzorginitiatieven mogelijk maakt. Dit voorbeeld toont hoe regionale samenwerking schaal en slagkracht creëert voor vernieuwing.
Doen:
Tot slot
De beweging naar een zorgzame samenleving begint niet bij wetten of grote programma’s. Het begint bij mensen die kansen zien, belemmeringen doorbreken en samen durven te handelen. De initiatieven in deze publicatie laten zien dat het kan. Nu is het aan ons allemaal om die beweging groter te maken en duurzaam te verankeren.
Rol van Rabobank
Rabobank speelt een actieve rol in deze beweging. Niet alleen door financiering van projecten, maar ook door het ontwikkelen van kennis, instrumenten en partnerschappen die wonen en gezondheid dichter bij elkaar brengen. Samen met marktpartijen, gemeenten en zorgorganisaties werkt Rabobank aan oplossingen die sociaal én financieel duurzaam zijn, zodat vitale gemeenschappen werkelijkheid worden.
Meer lezen? Download hier de volledige publicatie.
Tabel: 10 inzichten + praktijkvoorbeelden

Rabobank denkt graag mee over nieuwe woonvormen. Ontdek hoe wooncoöperaties bijdragen aan betaalbare, inclusieve en duurzame oplossingen en hoe jij ermee aan de slag kunt.
Wooncoöperatie starten - Rabobank
Heb jij ideeën over hoe we stappen kunnen zetten naar een toekomstbestendige woonomgeving of wil je hier over sparren? Neem contact op met Suzanne van Hoeve.
