Impact F&A: import wordt duurder bij een harde Brexit
Wanneer het Verenigd Koninkrijk (VK) de Europese Unie (EU) verlaat zonder een akkoord over de handelsrelatie, zal het net als alle andere zogenaamde 'derde landen' invoerheffingen moeten betalen over exporten naar de EU. In de praktijk betekent dit dat het VK de toegang tot de Europese markt voor landbouwproducten grotendeels kan verliezen, omdat de EU-invoertarieven Britse agrarische producten in de meeste gevallen te duur maken. Voor Nederlandse bedrijven die agrarische producten uit het VK importeren, betekent dit dat ze op zoek moeten naar andere leveranciers.
Het VK zal zelf maar voor een beperkt aantal producten invoertarieven gaan heffen. Deze producten zijn: rundvlees, varkensvlees, pluimveevlees, boter en sommige kazen. Bloemen, groente en fruit staan bijvoorbeeld niet op deze lijst. EU-exporteurs kunnen deze laatste producten zonder invoerheffing naar het VK blijven exporteren. Tegelijkertijd krijgen andere exporteurs, zoals uit de VS, Canada en Nieuw-Zeeland te maken met dezelfde heffingen als de EU. Dit betekent dat deze derde landen in de meeste gevallen makkelijker toegang krijgen tot de Engelse markt.
Negatieve impact bij de grens
De administratieve last bij de grens wordt ongeacht de invoerheffingen, aanzienlijk groter. Dit brengt niet alleen kosten met zich mee, maar zal ook tijd kosten aan de grens. Vooral voor verse producten kan dit nadelige gevolgen hebben, omdat elk uur vertraging tot achteruitgang in kwaliteit leidt.
Voedingsmiddelenbedrijven waarvan de waardeketen van grondstof tot eindproduct zich zowel in de EU als in het VK bevindt, zullen hun waardeketen opnieuw moeten inrichten. Dit omdat de grens tussen het VK en de EU een aanzienlijke hobbel wordt.
Gevolgen voor Engelse consument
Een harde Brexit zal het Engelse pond naar verwachting zo'n 10 tot 15% goedkoper maken, wat de economisch groei in Engeland zal laten terugvallen. De koopkracht van de Engelse consument zal daardoor afnemen. De verwachting is dat consumenten daardoor spaarzamer worden en minder gaan besteden. En als ze besteden, zal dat eerder in minder luxe producten zijn. Voor exporteurs biedt dit kansen en bedreigingen, afhankelijk van het productassortiment dat ze voeren.