
Prinsjesdag 2025: de gevolgen voor ondernemers
Prinsjesdag, de dag waarop de regering haar plannen en begrotingen voor volgend jaar bekendmaakt. De gevolgen raken ons allemaal. Ook jou, als ondernemer. Welke wijzigingen raken jouw financiële zaken of zelfs je bedrijfsvoering? We zetten de belangrijkste wijzigingen voor je op een rij.
Belastingen
Wijzigingen in Box 1 vanaf 2026
In 2026 veranderen de belastingtarieven en inkomensgrenzen in Box 1, voor inkomen uit werk, uitkering en eigen woning. Heb je een eenmanszaak, vof, cv of maatschap? Dan heeft dit directe gevolgen voor de belasting die je betaalt over je winst.
Het tarief in de eerste schijf daalt iets, terwijl de grens omhooggaat. In de tweede schijf stijgen zowel het belastingpercentage als de bovengrens. Voor inkomens boven de nieuwe grens van de derde schijf blijft het tarief gelijk. De stijging van de inkomensgrenzen is deels het gevolg van inflatiecorrectie, die dit jaar beperkt is toegepast. Hierdoor kan de belastingdruk voor ondernemers toenemen, vooral bij stijgende winsten.
In onderstaande tabel zie je een overzicht van de nieuwe percentages en bedragen per schijf. Voor AOW-gerechtigden gelden aparte tarieven.
Belastingtarieven jonger dan AOW-leeftijd:
2025 | 2026 | |
Belastingtarief in schijf 1 | 35,82% | 35,70% |
Belastingtarief in schijf 2 | 37,48% | 37,56% |
Belastingtarief in schijf 3 | 49,50% | 49,50% |
Belastingschijven:
2025 | 2026 | |
Belastingschijf 1 | Tot € 38.441 | Tot € 38.883 |
Belastingschijf 2 | Van € 38.441 tot € 76.817 | Van € 38. 883 tot € 79.137 |
Belastingschijf 3 | Boven € 76.817 | Boven € 79.137 |
Naast de wijzigingen in de tarieven en schijfgrenzen stijgt ook de arbeidskorting in 2026 van € 5.599 naar € 5.712, waardoor werkenden iets minder belasting betalen over hun inkomen.
Zakelijke financiering nodig?
Een groeiend bedrijf of nieuwe businessplannen? Dan heb je misschien behoefte aan extra financiële middelen. Benieuwd wat dat kost? Bereken in 30 seconden een indicatie van je rente en maandbedrag voor een financiering tot €1 miljoen. Liever eerst sparren met een adviseur? Dat kan ook!

Grens winstuitkering stijgt in Box 2
Bezit je 5% of meer aandelen in een bedrijf? Dan heb je een aanmerkelijk belang en betaal je belasting over winstuitkeringen, zoals dividend. In box 2 zijn er twee schijven. In 2026 blijft het tarief in beide schijven gelijk: 24,5% in de eerste schijf en 31% in de tweede. Wel wordt de grens van de eerste schijf verhoogd: je betaalt 24,5% belasting over winstuitkeringen tot € 68.843 (was € 67.804 in 2025). Over het bedrag daarboven betaal je 31% belasting, net als in 2025.
Box 3 verandert in 2026
In 2026 veranderen er een aantal zaken in box 3. Het heffingsvrije vermogen daalt van € 57.684 naar € 51.396. Hierdoor wordt een groter deel van je vermogen belast dan in 2025. Over het bedrag daarboven betaal je belasting op basis van een geschat rendement (fictief rendement).
Voor beleggingen en overige bezittingen stijgt dit rendement van 5,88% naar 7,78%. Voor spaargeld en schulden is het percentage nog niet bekend. Ook huurinkomsten en eigen gebruik van bijvoorbeeld een tweede woning vallen vanaf 2026 onder beleggingen.
Het belastingtarief blijft 36%. Je kunt ook in 2026 gebruikmaken van de tegenbewijsregeling om aan te tonen dat je werkelijke rendement lager is.
MKB-winstvrijstelling en zelfstandigenaftrek verder beperkt in 2026
In 2026 wordt het belastingvoordeel voor ondernemers verder beperkt. De mkb-winstvrijstelling blijft gelijk op 12,7%. De zelfstandigenaftrek daalt fors: van € 2.470 in 2025 naar € 1.200 in 2026. Dit betekent dat je minder van je winst mag aftrekken, waardoor je meer inkomstenbelasting betaalt. Vooral ondernemers met een hogere winst merken dit verschil. Voor starters blijft de extra startersaftrek in 2026 € 2.123. Deze aftrek mag je maximaal 3 keer toepassen in de eerste 5 jaar dat je ondernemer bent.
Lagere belasting op aandelenopties voor startups en scale-ups
Heb je een startup of scale-up en wil je talent aantrekken of behouden? Vanaf 1 januari 2027 wordt het fiscaal aantrekkelijker om medewerkers aandelenopties te geven.
Wat verandert er?
De overheid wil hiermee zorgen dat Nederlandse bedrijven beter kunnen concurreren met internationale spelers.
Btw-verhoging voor overnachtingen
Bied jij als ondernemer overnachtingen aan (logies)? Let dan op: vanaf 1 januari 2026 gaat het btw-tarief omhoog van 9% naar 21%. Deze verhoging geldt voor onder andere: hotels, hostels, Bed and Breakfasts (B&B’s), pensions, vakantiewoningen, gemeubileerde stacaravans en accommodaties die via platforms worden verhuurd.
Voor kamperen blijft het btw-tarief 9%.
Het nieuwe tarief geldt ook voor boekingen en vooruitbetalingen vóór 1 januari 2026. Krijg je bijvoorbeeld een boeking in oktober 2025, maar vindt de overnachting pas in maart 2026 plaats? Dan geldt het nieuwe tarief van 21%.
Meer belasting op leidingwater voor grootverbruikers
Gebruik je in je bedrijf veel leidingwater? Dan ga je vanaf 2026 meer belasting betalen over je verbruik. Deze belasting heet de Belasting op Leidingwater (BOL) en is bedoeld om waterbesparing te stimuleren.
Nu betaal je alleen belasting over de eerste 300 m³ per jaar. Dat verandert in twee stappen:
De wijziging raakt vooral bedrijven in de industrie, landbouw, voedselverwerking en andere sectoren met een hoog waterverbruik. Naast deze uitbreiding van het heffingsplafond worden ook nieuwe tarieven vastgesteld, maar die worden pas bekendgemaakt bij het Belastingplan 2026.
Vervoer
Accijnskorting op brandstof verlengd tot eind 2026
Heb je zakelijke brandstofkosten voor bijvoorbeeld benzine, diesel of lpg? Dan betaal je ook in 2026 minder accijns. De accijnskorting is met een jaar verlengd en geldt nu tot 1 januari 2027. De accijnzen blijven in 2026 gelijk aan die van 2025: € 0,79 voor benzine, € 0,52 voor diesel en € 0,19 voor LPG. Ook komt er geen inflatiecorrectie op deze accijnzen in 2026.
Motorrijtuigenbelasting voor elektrische en waterstof auto’s
Rijd jij of je personeel in een elektrische of waterstof personenauto voor zakelijke doeleinden? Dan blijf je tot en met 2029 korting krijgen op de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting).
De korting geldt voor nieuwe én tweedehands uitstootvrije personenauto’s.
Let op! Na 2025 geldt de korting niet meer voor elektrische bestelbussen, overige voertuigen zonder uitstoot of plug-in hybride. In 2025 is er nog wel een korting op de motorrijtuigenbelasting: 75% voor elektrische bestelbussen en 25% voor plug-in hybrides.
Rittenregistratie verdwijnt voor mkb vanaf 2026
Heb je een mkb-bedrijf en worstel je met de rittenregistratie voor je medewerkers? Vanaf 2026 vervalt deze verplichting voor bedrijven met minder dan 250 werknemers. De regeling was bedoeld om CO₂-uitstoot te meten, maar leverde vooral papierwerk op. De overheid kiest nu voor minder regels en meer ruimte om te ondernemen.
BPM op auto's en motoren gaat omhoog vanaf 2026
Wanneer je als ondernemer een auto koopt of importeert, moet je belasting op personenauto’s en motorrijwielen (bpm) betalen. Hoeveel bpm je betaalt, hangt onder andere af van de CO2-uitstoot van de auto.
Vanaf 2026 verandert de manier waarop deze belasting wordt berekend:
De percentages per jaar:
Extra belasting op zakelijke benzine- en dieselauto's vanaf 2027
Stel je een leaseauto beschikbaar aan een werknemer die deze ook privé gebruikt? Dan betaal je vanaf 1 januari 2027 extra belasting als de auto niet volledig uitstootvrij is. Dit geldt voor auto's op benzine, diesel of hybride aandrijving en waarschijnlijk ook LPG.
De belasting wordt geheven over een bedrag dat gelijk is aan:
Je betaalt deze belasting via de loonheffing (pseudo-eindheffing) en mag deze niet doorberekenen aan je werknemer.
Voor fossiele leaseauto’s die je vóór 1 januari 2027 al hebt verstrekt, geldt een overgangsregeling: vanaf 1 juli 2030 betaal je dan alsnog de extra belasting.
Vrachtwagenheffing vanaf 1 juli 2026
Werk je met vrachtwagens die meer dan 3.500 kg wegen? Dan betaal je vanaf 1 juli 2026 belasting per gereden kilometer op bijna alle snelwegen en op een aantal provinciale en gemeentelijke wegen.
Deze vrachtwagenheffing geldt voor Nederlandse en buitenlandse vrachtwagens. Hoe lichter en schoner de vrachtwagen, hoe lager het tarief.
Wat verandert er nog meer?
Om de vrachtwagenheffing te kunnen betalen, heb je nodig:
Startersvoordeel: ontdek je voordeel als starter!
Ben je nét gestart met ondernemen en is je inschrijving bij de KVK minder dan 1 jaar geleden? Goed nieuws, dan zien we je als starter! Check snel of je in aanmerking komt voor Rabo Startersvoordeel en profiteer van verschillende kortingen.
Personeel
Minimumjeugdloon omhoog vanaf 2027
Heb je jongeren in dienst tussen de 16 en 20 jaar? Dan moet je vanaf 1 januari 2027 rekening houden met een verhoging van het minimumjeugdloon. Sinds 1 juli 2025 is het minimumloon voor werknemers van 21 jaar en ouder € 14,40 bruto per uur. Jongeren onder de 21 jaar ontvangen een percentage van dat bedrag, afhankelijk van hun leeftijd. Door de verhoging van het minimumjeugdloon komt het loon voor jongeren dichter bij het standaard minimumloon te liggen.
Leeftijd | Huidig percentage | Percentage vanaf 2027 |
20 jaar | 80% | 87,5% |
19 jaar | 60% | 75% |
18 jaar | 50% | 62,5% |
17 jaar | 39,5% | 50% |
16 jaar | 34,5% | 40% |
15 jaar | 30% | 30% |
Nulurencontract verdwijnt
Heb jij werknemers met een nulurencontract? Let dan goed op, want vanaf 1 januari 2027 mogen werkgevers geen nulurencontracten meer gebruiken. Werknemers met een oproepcontract moeten dan een nieuw contract krijgen met vaste uren. Dit nieuwe contract heet een bandbreedtecontract. Hierin spreek je een minimum- en maximumaantal uren af. Het maximum mag niet meer zijn dan 130% van het minimum. Bijvoorbeeld: minimaal 10 uur, maximaal 13 uur per week.
Alleen voor minderjarigen, scholieren, studenten en uitzendkrachten blijft een oproepcontract toegestaan.
Strengere regels voor tijdelijke contracten
Werk je met personeel op tijdelijke contracten? Dan mag je vanaf 1 januari 2027 die niet meer blijven verlengen. Na 3 tijdelijke contracten moet je 5 jaar wachten voordat je dezelfde werknemer opnieuw een tijdelijk contract mag geven (nu is dat nog 6 maanden). Deze wijziging voorkomt draaideurconstructies en stimuleert vaste dienstverbanden.
Compensatie transitievergoeding straks alleen voor kleine werkgevers
Heb je personeel in dienst en wil je een werknemer ontslaan na 2 jaar ziekte? Dan moet je een transitievergoeding betalen. Tot nu toe konden alle werkgevers hiervoor compensatie aanvragen bij het UWV. Maar dat verandert.
Vanaf 1 juli 2026 geldt de compensatieregeling alleen nog voor kleine werkgevers. Werkgevers die niet als kleine bedrijven worden gezien, krijgen geen transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid.
Geen loonkostenvoordeel (LKV) meer voor oudere werknemers
Neem je een werknemer van 56 jaar of ouder in dienst? Dan krijg je vanaf 1 januari 2026 geen loonkostenvoordeel (LKV) meer voor de werknemer.
In 2025 is het bedrag voor oudere werknemers al verlaagd van € 3,05 naar € 1,35 per uur (maximaal € 2.600 per jaar). Dit geldt ook voor gewerkte uren, vakantie-uren en doorbetaalde uren bij ziekte.
Voor werknemers die vóór 1 januari 2024 zijn begonnen, blijft het LKV bestaan tot maximaal drie jaar na indiensttreding.
Drempelvrijstelling voor RVU’s blijft bestaan vanaf 2026
Heb je personeel dat bijvoorbeeld zwaar werk doet en eerder wil stoppen? Dan kun je gebruik blijven maken van de Regeling Vervroegde Uittreding (RVU). De drempelvrijstelling, waarmee je als werkgever geen extra belasting betaalt over een uitkering tot een bepaald bedrag, blijft bestaan. Dat bedrag wordt verhoogd naar € 2.573 per maand (dat is € 300 meer dan in 2025). Boven dit bedrag betaal je als werkgever een extra belasting (pseudo-eindheffing), die vanaf 2026 stapsgewijs stijgt tot 65% in 2028.
Subsidies en regelingen voor ondernemers
Extra impuls voor innovatie
Het kabinet wil de komende jaren meer investeren in innovatie. Een belangrijk onderdeel daarvan is de WBSO-regeling (Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk), waarmee bedrijven belastingvoordeel krijgen voor onderzoek en ontwikkeling. In 2026 wordt het budget voor deze regeling verhoogd van € 1,6 miljard naar € 1,8 miljard. Hierdoor kunnen innovatieve bedrijven hun kosten voor R&D beter financieren.
Daarnaast trekt het kabinet € 430 miljoen extra uit voor subsidies aan projecten in de halfgeleiderindustrie, zoals de ontwikkeling van microchips. Ook veelbelovende startups die willen doorgroeien naar scale-ups kunnen rekenen op extra steun. Met deze maatregelen wil de overheid innovatie in Nederland versnellen en bedrijven helpen om internationaal concurrerend te blijven.
SDE++
De Stimulering Duurzame Energiewinning en Klimaattransitie (SDE++) ondersteunt bedrijven die duurzame energie produceren of CO₂-uitstoot verminderen. In 2026 is er € 8 miljard beschikbaar voor deze regeling.
Meer lezen over subsidies?
Duurzame investeringen betalen zich meestal terug. Of dat nou in de vorm van een lagere energierekening is, een betere reputatie van je bedrijf of een duurzamere toekomst voor mens en milieu. Maar duurzame investeringen kosten in de meeste gevallen ook geld. Dan is het fijn om een steuntje in de rug te krijgen. Bekijk hier de belangrijkste subsidies en fiscale regelingen voor duurzaam ondernemen.
Klimaat, energie en natuur
Verwerken van afval wordt duurder vanaf 2027
Breng je bedrijfsafval naar een afvalverbrandingsinstallatie? Houd dan rekening met hogere kosten. Vanaf 2027 betalen deze installaties meer belasting voor het verbranden van zuiveringsslib en voor CO₂-uitstoot. In 2028 stijgt de afvalstoffenbelasting naar € 90,21 per 1.000 kilo (nu nog € 39,71). Vanaf 2029 wordt ook het storten van afval duurder: € 234,83 per 1.000 kilo (nu nog € 39,71). Dat bedrag stijgt daarna elk jaar.
Als ondernemer die afval aanlevert, betaal je waarschijnlijk meer voor afvalverwerking, omdat verwerkers hogere belastingen doorberekenen.
Product, dienst en innovatie
Veilige digitale producten verplicht vanaf 2027
Maak, importeer of verkoop je digitale producten zoals apps, slimme apparaten of software? Dan moet je vanaf 11 december 2027 voldoen aan nieuwe Europese regels uit de Cyber Resilience Act (CRA).
Wat verandert er?
Voor wie?
Het doel van de wet is om digitale producten veiliger te maken voor bedrijven en consumenten. De regels gelden voor software, hardware en onderdelen met digitale functies. Diensten vallen niet onder deze wet.
Je privé situatie
Prinsjesdag heeft natuurlijk niet alleen effect op je onderneming. Ook voor je privé situatie kunnen de plannen van het kabinet gevolgen hebben. Denk bijvoorbeeld aan je hypotheek of je zorgverzekering.
Analyse RaboResearch
Volgens onze economen bevat de Miljoenennota 2026 weinig nieuw beleid en ligt de nadruk op de korte termijn: koopkrachtverbetering en begrotingsbeheersing. Het volgende kabinet zal zich moeten buigen over grote uitdagingen op het gebied van weerbaarheid, concurrentiekracht en brede welvaart. Daarover worden nu geen keuzes gemaakt. Lees hier de volledige analyse van RaboResearch.